De loopjongens van Berlijn

Geen categorieapr 29 2012, 15:14
Europa = overdrachtsbetalingen naar PIIGS-landen + hogere belastingen in eigen land. Dat is ongeveer het beeld dat de gemiddelde Nederlandse kiezer na het deze week gepresenteerde Kunduz-akkoord zal hebben van het Europese samenwerkingsverband. Het is een voor de hand liggende conclusie. Sinds het begin van de eurocrisis hebben we immers miljarden overgemaakt naar het bijkans failliete Griekenland en ons via het ESM (Europees Stabiliteitsmechanisme) garant gesteld voor nog eens vele tientallen miljarden aan schulden van de andere PIIGS (Portugal, Ierland, Italië, Griekenland, Spanje)-landen.
Tegelijkertijd gaat het demissionaire kabinet nu in opdracht van, pardon, in goed overleg met de linkse oppositiepartijen CU, GroenLinks en D66 een begroting voorbereiden die bol staat van de belastingverhogingen. En ook in de politiek is een plus een nog altijd twee. Het was vermoedelijk vooral om deze indruk te vermijden dat de onderhandelaars van VVD en CDA in aanloop naar het Catshuisberaad nog hoopvol repten over een ruimer tijdpad om de begroting op orde te brengen. Ja, de drieprocentnorm van het Europact bleef richtsnoer, maar zoals VVD-fractievoorzitter Stef Blok opmerkte, was die „niet heilig”. Door tijdelijk een iets hoger tekort te accepteren en het vervolgens geleidelijk terug te brengen tot nul hoopte men de klap voor belastingbetalers te verzachten. Die voelden zich immers al genoeg belast door al die reddingsoperaties.
Dan had men echter buiten Berlijn gerekend. Met een ferme tik op de vingers werd ons land begin maart even op zijn positie gewezen. „We denken dat Nederland zeer uitgesproken is geweest om de fiscale afspraken van vorig jaar na te leven. Daarom denk ik dat het normaal is dat Nederland nu ook dezelfde benadering kiest voor zijn eigen fiscale beleid”, aldus Eurocommissaris voor Economische Zaken Oli Rehn, op dit dossier feitelijk niet meer dan een veredeld woordvoerder van het Bundeskanzleramt. Eind april moest er een sluitende begroting met een tekort van niet meer dan drie procent liggen, anders zou een miljardenboete volgen. De onderhandelaars konden niets anders doen dan het Berlijnse bevel opvolgen en koers te zetten op drie procent. Toen Wilders vervolgens een stokje stak voor pogingen om het benodigde bedrag via bezuinigingen bij elkaar te brengen, restte VVD en CDA niets anders dan met de belastingverhogers van links in zee te gaan.
Berlijn kan dus opgelucht ademhalen. De geloofwaardigheid van het begrotingspact blijft gehandhaafd – voorlopig, althans. Maar tegen welke prijs? De verhoudingen tussen Berlijn en de laatst overgebleven meebetalende bondgenoten zullen er niet beter op zijn geworden. De Finnen en Oostenrijkers hebben immers kunnen zien dat Duitsland zodra het economisch tegenzit zogenaamd gerespecteerde gesprekspartners zonder aarzeling als loopjongens behandelt. Berlijns wil is dan de wet. Al met al betaalt ons land een zware prijs voor het samen willen optrekken met de Duitse machthebbers. Vrij naar Geert Wilders: „Dit is de realiteit: Berlijn regeert, Berlijn dicteert, en de Nederlandse burger gireert – eerst naar Den Haag en via Den Haag naar Zuid-Europa.” Het is vanuit Duits perspectief misschien de enig werkbare manier om de eurozone op korte termijn overeind te houden. Maar of het een solide basis op lange termijn biedt voor een Europese Unie, mag ernstig worden betwijfeld.
Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten