Is stroom uit zonnepanelen bijna even goedkoop als gewone stroom?

Geen categoriemei 27 2012, 16:30
In de media verschijnen de laatste tijd regelmatig berichten als zou elektriciteit uit zonne-panelen (bijna) even duur/goedkoop zijn als 'gewone' stroom.
Voor de particuliere verbruiker zou dat misschien waar kunnen zijn. Maar als we daar en masse toe zouden overgaan zou dat maatschappelijk gezien een megaverlies opleveren.
Rob Walter legt uit hoe het werkelijk zit.
Rob Walter
Het is waar dat de prijs van zonnepanelen en dus ook die van zonne-energie snel dalen. En daar moeten we natuurlijk allemaal blij mee zijn. Maar de verhalen die over de kostprijs van zonne-energie in de media verschijnen zijn verwarrend, omdat vaak een deel van de kosten 'vergeten' wordt. Voor de kosten van elektrische energie opgewekt met zonnecellen moet je rekenen met: de kosten van de panelen; de kosten voor de bevestigingsmaterialen; de kosten van de montage van de panelen; de kosten voor de omvormer en bijbehorende elektrische installatiematerialen en de verbinding naar een invoedingspunt in de elektrische installatie; en natuurlijk weer de montage daarvan.
De opgewekte stroompjes in gelijkspanning moeten worden omgewerkt naar wisselspanning en daarna worden omhoog getransformeerd naar 220 Volt, terwijl de nodige beveiligingen er voor moeten zorgen dat de panelen niet onder 220 Volt komen te staan.
Volgens sommige deskundigen zijn de kosten voor deze elektrische installatie alleen al zo hoog dat kleinschalig opgewekte zonne-energie nooit op het prijsniveau per kWh kan komen van elektriciteit opgewekt met conventionele centrales (ca 5 Eurocent per kWh). De extra kosten per kWh voor deze elektrische installatie worden algemeen onderschat.
Maar er dient ook rekening te worden gehouden met het feit dat er kosten veroorzaakt worden in het landelijke netwerk en in de elektrische centrales om het energievoorzieningsysteem overeind te houden. Hier geldt hetzelfde als voor windmolens, zij het in iets mindere mate door de betere voorspelbaarheid van zon, namelijk dat de centrales de energietoevoer over moeten nemen in de avond en nacht en op momenten dat de zon niet schijnt. Dat kost 3-4 cent per kWh opgewekte zonne-energie.
 
Voor grote zonne-energiecentrales moet ook meegerekend worden de kosten van het gebruikte grondoppervlak, de kosten voor extra belasting van net-onderdelen, en de beheers- en onderhoudskosten van de installatie.
 
De huidige prijs van elektrische energie uit zonnecellen zakt snel en is daarom moeilijk precies naar de laatste stand van techniek in te schatten. Volgens mij is die nu al gezakt tot rond de 25-30 cent per kWh (exclusief de 3-4 cent voor net-inpassing en systeem-inpassing). En die prijs zal snel zakken onder de 23 Eurocent per kWh die je thuis 'all-in' betaalt (incl. belastingen, etc., etc). Op dat moment zal in de publieke perceptie het beeld ontstaan dat zonne-energie 'goedkoper' is geworden dan de elektrische energie uit het elektriciteitsnet en dat die dus 'concurrerend' is geworden. Maar dat is natuurlijk onjuist. Het vergt echter enige inspanning om dat te doorzien.
 
Erger nog dan de (al dan niet opzettelijke) misverstanden over de kostprijs van zonne-energie is dat de roep steeds groter wordt om ook voor de (ca) 23 cent per kWh vanuit het particuliere huishouden terug te mogen leveren aan het elektriciteitsnet. Het is moeilijk aan een leek uit te leggen dat dit een wens is die er op neer komt dat men de rekening doorschuift naar de overige verbruikers op het elektriciteitsnet. Te meer daar de 'waarde' van die (niet-gegarandeerde) elektrische energie slechts ca 1 cent/kWh is! (= 5 cent verminderd met de 3-4 cent net- en systeemkosten).
Het inkomenseffect van deze constructie is denivellerend, waarbij de voordelen door hogere inkomensgroepen worden genoten, die zich wèl zonnepanelen kunnen permitteren, en de lasten naar lagere inkomensgroepen worden geschoven, die zich geen zonnepanelen kunnen veroorloven.
Voor meer inzicht nog even de volgende grootte-orden:
– alle zonnecellen die in de hele wereld staan opgesteld, wekken niet meer dan 0,01-0,02 % van de totale energievraag van de wereldbevolking op;
– alle warmwatervoorzieningen door middel van zon (die heel erg veel goedkoper zijn dan energie uit zonnecellen) die in de hele wereld staan opgesteld, wekken ca 0,1 % van de totale energievraag van de wereldbevolking op (worden in warme zonrijke landen veel toegepast en in de gematigde zones ook steeds meer voor zwembaden, etc.), 5-10 maal zo veel dus.
Veel uit bovenstaande beschouwing en bijbehorende getallen is terug te vinden in mijn artikel 'Toekomstvisie Energie 2050', waarin ik ook aangeef veel te verwachten van de bijdrage van zonne-energie in de verre toekomst. Die zal heel goedkoop worden, maar toch niet meer dan 10 tot 15, hooguit 20 procent van de totale energiebehoefte van de mens kunnen dekken.
En dat is dan heel mooi en is nog altijd 3-6 maal zo'n groot percentage als nu dat van onze kernenergiecentrale's (in absolute zin zelfs ongeveer 7 tot 15 maal zoveel als de totale energie uit de huidige kerncentrales). Maar dit is voor de leek pas goed hogere wiskunde! Zeker als ik direct daarna vertel dat de kerntechnologie met nieuwe technieken in de volgende eeuw waarschijnlijk de grootste energie-leverancier zal vormen van de mensheid (ook hiervoor: zie 'Toekomstvisie Energievoorziening 2050'). 
Aldus Rob Walter.
Alweer een sprookje minder.
Voor mijn eerdere DDS-bijdragen, zie:
Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten