Bezuinigen moet, maar wel na kwijtschelding schulden

Geen categoriemei 16 2013, 9:30
Niet alleen in economenland laait de discussie over bezuinigingen (austerity) versus meer overheidsuitgaven (stimulus) op, maar ook in de pers.
Het argument dat tegen verdere bezuinigingen wordt gebruikt is dat bezuinigingen de economie kapot maken. Immers, als er bezuinigd wordt, dan heeft iedereen minder te spenderen (consumeren en investeren) dus krimpt de economie, terwijl de schuldenlast maar blijft doorgroeien (rente). Dit is een vicieuze cirkel waar meer en meer economen vanaf willen. Maar is deze gedachtegang wel juist?

Paradox
Bezuinigen als reactie op teveel uitgaven in het verleden en/of te weinig investeringskansen in het heden is een natuurlijke reactie. Het is zelfs een noodzakelijke reactie, maar het argument wat de tegenstanders van bezuinigen hebben is ook uiterst logisch. Dus wie heeft er nou gelijk? Welnu, de twee standpunten vormen een paradox; een schijnbare tegenstelling, want er is iets wat deze economen bewust buiten beschouwing laten: schuld. Alleen door het begrijpen van de schuldenpositie, kan men tot het juiste antwoord komen.
Schuld is wortel van het kwaad
Eerst moet het concept schuld nader uitgelegd worden. Als iemand geld leent komt het erop neer dat deze persoon toekomstig inkomen nu uitgeeft (hij maakt een intertemporele keuze). Dit is op zich prima zolang hij dit geld zodanig aanwendt dat hij wat aan het geleende geld verdient om zo de rente en aflossing op de lening te kunnen betalen. Bij de meeste investeringen is dit de leidende intentie (anders ga je niet investeren) en bij consumeren is dit meestal niet de intentie (genot nu en extra last later). Door het eerste zou huidig en toekomstig BBP omhoog moeten gaan, terwijl het tweede juist eerst tot een stijging en dan tot een (groter, door interest) daling zou moeten leiden. Nu zijn deze twee niet statisch, immers, als er meer geïnvesteerd wordt, dan zijn er ook meer banen (dus meer salarissen dus meer consumptie). Helaas worden de impulsen op een gegeven moment vervuild door een overvloed aan krediet (geld). Als er veel vraag is naar Swarovski T-shirts voor Chihuahua hondjes, dan is het een goed idee om in een fabriek te investeren die deze dingen maakt (vanuit de optiek van de ondernemer). Punt is alleen dat deze ondernemer niet kan zien dat de vraag naar deze producten niet duurzaam is. Daar bedoel ik geen groene prietpraat mee, maar dat deze uitgaven excessen zijn (op basis van krediet) die niet vol te houden zijn (op een gegeven moment kan de consument niet nog meer lenen). Het teveel aan slecht aangewend krediet heeft rampzalige gevolgen doordat het een enorme economische misallocatie heeft veroorzaakt (er zijn veel te veel Chihuahua T-shirt fabrieken).
 
Economische groei per geleende dollar keldert
Ook de situatie in Europa (met name in de eurozone) was zodanig dat er op grote schaal geleend werd. Deze geleende gelden zijn gebruikt om te consumeren, te investeren (vooral vastgoed), om hogere overheidsuitgaven te financieren en zo verder. Nu komen we er dus achter dat er teveel op de pof is geconsumeerd (niet duurzaam) en dat veel gedane investeringen te weinig opleveren (misallocatie) om de rente en aflossing te kunnen betalen.
Dit proces is typisch voor de Westerse wereld (OECD). De afgelopen decennia zijn de schulden behoorlijk toegenomen. Sinds het begin van dit millennium is de wereldwijde schuldenberg zelfs meer dan verdrievoudigd! Deze schuldberg was ongeveer $60 biljoen (dus 60.000 miljard) in 2002 en groeide uit tot ongeveer $200 biljoen in 2009. De sterk afgenomen economische groeiopbrengst per geleende dollar in de VS is exemplarisch te noemen. Waar in de jaren 40 een geleende dollar 4,6 dollar opbracht aan economische groei (BBP), levert een geleende dollar in de eerste 10 jaar van deze eeuw nog maar 7 cent op. Er zijn zelfs veel indicaties dat dit cijfer nu praktisch 0 is geworden.
Hier zijn twee conclusies uit te trekken: 1) schulden worden steeds slechter aangewend (slechte investeringen en consumptie; misallocatie) en 2) meer economische groei vraagt nu om exponentiële groei van krediet (om VS voorbeeld aan te houden, moet er nu 66 keer meer geleend worden dan in de jaren 40 om dezelfde groei voor elkaar te boksen).
Het antwoord
Wat heeft dit nu te doen met de vraag of we nu moeten bezuinigen of dat de overheid extra uit moet geven? Als de overheid extra uit gaat geven zonder belastingen te verhogen (anders zou dit immers juist contraproductief zijn), betekent dit dus nog meer tekorten en dus oplopende staatsschulden (nog meer krediet). De opbrengst van dit kredietgeld is, zoals voornoemd, nagenoeg nul (al helemaal als het door de overheid uitgegeven wordt), dus meer spenderen door de overheid is zeker niet de oplossing (ex reddingsacties). Maar meer bezuinigen zorgt ervoor dat BBP onder druk komt te staan waardoor schulden weer relatief zwaarder worden. Bedrijven gaan alleen investeren (en dus banen en economische groei genereren) als ze goede vooruitzichten hebben, maar door de zware schuldenlast in de economie zien zij hier natuurlijk vanaf. Het komt er dus op neer dat een groot deel van de schulden moeten worden kwijtgescholden (debt jubilee) om zo de economische situatie te resetten. Dus ja, we moeten bezuinigen, maar wel nadat de schulden voor een groot deel zijn kwijtgescholden. Zonder kwijtschelding is bezuinigen waanzin.
Meer is nodig
Maar daar is de kous nog niet mee af. Lenen voor consumptie moet duur gemaakt worden, voor zowel de consument als de bank (wellicht moet geldcreatie functie bij de commerciële banken worden weggehaald; 100 procent reserve banking) om zo consumptie op de pof (en dus mogelijke misallocaties) tegen te gaan. Dit betekent dat er veel regulatie moet worden geschrapt (die is nu namelijk contraproductief) en dat er zinnige regulatie voor in de plaats moet komen. Alles moet erop gericht zijn dat er alleen krediet beschikbaar wordt gesteld aan de beste investeringen (geld moet weer schaars worden) en dat sparen niet langer wordt bestraft (geen vermogensbelasting en geen inflatie). Spaarders (dus ook pensioenfondsen) krijgen dan ook eindelijk weer een eerlijke rente. Dit zijn de eerste stappen naar een eerlijke en duurzame economie.
De eindafrekening
Het probleem is dus de stap naar deze situatie. Onze pensioenen zullen worden geraakt (direct of indirect is een groot gedeelte van al dat geleende geld ook het bezit van de pensioenfondsen), de verzekeraars zullen een mega knauw krijgen (herkapitalisaties/tijdelijke nationaliseringen) en zowat alle banken zullen plat gaan (de kleine banken gaan failliet en de groten worden dan genationaliseerd en wellicht gesplitst in een goede en slechte bank) om over de Chihuahua T-shirtfabriek nog maar te zwijgen. Deze reset zal voor iedereen uitermate pijnlijk zijn. De financiële sector, die zowat één derde vormt van onze economie, zal de hardste klappen krijgen en zal zich dus tegen deze catharsis verzetten. Politici zien er nu ook nog geen heil in want het gaat stemmen kosten (denken ze). Maar de realiteit dat onze economie een kredietgedreven piramidespel is, laat zich niet oneindig ontkennen. Hoe langer politici (en de burgers) in deze ontkenning volharden, des te pijnlijker wordt de eindafrekening.
Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten