De vreemde smetten: nogal veel van alles

Geen categorieapr 15 2013, 12:00
Ramsey Nasr en Mauro Pawlowski relativeren grote vragen bij een flesje bier, in een muzikale potpourri voor elk wat wils.
“Wat is dat eigenlijk, een vaderland?” Volgens het persbericht zou die vraag centraal staan in De vreemde smetten, de nieuwe voorstelling van de voormalige Dichter des Vaderlands Ramsey Nasr en de Vlaamse zanger-gitarist Mauro Pawlowski, bekend van de Belgische rock- en indieband dEUS. Maar pas ver na het tweede deel van de voorstelling komt de Palestijns-Nederlandse Nasr samen met de Italiaans-Pools-Belgische Pawlowski tot de conclusie dat ze daar geen antwoord op kunnen geven.
Met De vreemde smetten hernemen Nasr en Pawlowski hun samenwerking op het podium. Hun Geletterde Mensen-tournee in 2009, waarin ze 'literair-muzikaal' theater bedreven, was een succes. De avond begint apocalyptisch, met Nasrs opkomst in het kostuum van Darth Vader, de duistere figuur uit Star Wars, die uit is op de vernietiging van de Jedi. Nasr declameert zijn gedichten in ritmische en rijmende verzen, waarin plechtstatig taalgebruik wordt afgewisseld met straattaal. Het zijn gedichten waarin de dichter, 'van nature verbasterd', zich afvraagt wat het is om Nederlander te zijn, wat de 'neergeswaffelde God van Oranje' nog te betekenen heeft, wat zuiverheid betekent – gedichten ook waarin goden en titanen met elkaar de strijd aangaan.
Pawlowski, geschminkt als heavy metal-zanger, bedient ondertussen de geluids- en videoknoppen. Nu en dan geeft hij een gitaarsolo of gaat hij op een van de twee klapstoeltjes naast de inmiddels uit zijn Darth-Vaderpak gehesen Nasr zitten. Het kratje bier tussen hen in wordt regelmatig aangesproken. Ontembaar ouwehoert de verbale Nasr voor zich uit. Over zijn onlangs beëindigde nationale dichterschap (misschien was dat toch een soort 'impulsaankoop' geweest), of over de muziek waarvan hij zoal houdt (volgt een geestige, eindeloze opsomming van alle mogelijke componisten uit de geschiedenis van de westerse klassieke muziek). Pawlowski beaamt zijn instemming of uit zijn verbazing met een 'o'.
De tweede helft is persoonlijker en minder theatraal. De afgeschminkte Pawlowski zingt enkele gevoelige liedjes, waarbij hij zichzelf begeleidt op de akoestische gitaar. Ook vertelt hij over zijn bijzondere multinationale afkomst, al zegt erbij dat hij juist trots is 'op zijn gewoon-zijn'.
Ramsey leest na de pauze voor uit een verslag over zijn reis naar de Afrikaanse savanne, het land van de eerste mens. Later beschrijft hij zijn eerste bezoek aan Palestina met zijn vader, en het verschil tussen het bezoek aan datzelfde land twintig jaar daarna, toen de Joodse kolonisten inmiddels als een plaag om zich heen hadden gegrepen en er dwars door het geboortedorp van zijn vader een muur liep. Van dat vaderland was nog maar weinig over.
Zo kabbelt de voorstelling voort, als een 'muzikale potpourri, voor elk wat wils', zoals bij aanvang al was aangekondigd: van episch vijfluik tot kort gedicht, van mythische godenstrijd tot de actualiteit, van klassieke muziek tot Franky goes to Hollywood, van het begin der mensheid tot de noodzakelijke relativerende knipoog bij een flesje bier. Allemaal nogal veel.
Vleugels krijgt de voorstelling pas tegen het einde, als Nasr begint aan zijn virtuoze voordracht van een fragment uit Vondels Lucifer, de engelenstrijd. De op het videoscherm geprojecteerde duistere oorlogsbeelden verbleken bij de beeldende, meeslepende taal waarmee de oude dichter je in het gevecht tussen God en de boze Lucifer zuigt, tot je er middenin zit. Na dit verbale geweld wandelt Pawlowski gitaar spelend het podium op om een tot op het bot uitgeklede versie te brengen van The Power Of Love, de hit uit de jaren tachtig van Franky Goes to Hollywood – kaal, maar niet helemaal ontdaan van zijn oorspronkelijke pathos. 'Make love your goal! Ongewenst komt een vraag in je op, die je je helemaal niet wilt stellen als je in het theater bent: is dit kunst of kitsch?
De uitvoering is puik (hier staan twee ervaren en getalenteerde podiumdieren), maar de inhoud is braaf. Oorlogen zijn verwoestend, net wat je zegt, en aan het Palestijns-Israëlische conflict dient nu toch echt een einde te komen. Het raakt niet. Misschien vooral niet omdat de makers er niet in weten te slagen van hun verhaal ook een beetje jouw verhaal te maken.
De voorstelling is nog te zien op:
di 16 apr, 20:30 uur, Toneelschuur, Haarlem
wo 17 apr, 20:30 uur, Theater aan het Vrijthof, Maastricht
vr 19 apr, 20:30 uur, Chassé Theater, Breda
za 20 apr, 20:15 uur, Muziekgebouw Frits Philips, Eindhoven
zo 21 apr, 14:30 uur, Rotterdamse Schouwburg, Rotterdam
Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten