Erven en begraven: we zijn diep gezonken

Geen categorieaug 09 2013, 12:44
Twee korte berichtjes in één week – hoe weinig aandacht die ook krijgen – kunnen veelzeggender zijn over de staat van land en samenleving dan een aanslag of de laatste misdaadstatistieken.
Het Algemeen Dagblad berichtte begin deze week dat de staat (lees: de gemeenten) steeds vaker opdraaien voor de kosten van begrafenissen. Gemeenten zijn verplicht een begrafenis te betalen wanneer de overledene geen nabestaanden heeft of als zijn familie de begrafenis niet kan of niet wil betalen. In Den Haag zijn gedurende de eerste zeven maanden van dit jaar al 137 begrafenissen door de overheid betaald. Vorig jaar nog ging het om 175 gevallen voor het gehele jaar.
De belangrijkste oorzaak van deze stijging is dat steeds meer mensen overlijden terwijl ze nog schulden hebben. Dat was het tweede berichtje deze week. Die stijging blijkt uit het toenemend aantal erfenissen dat wordt geweigerd. In 2012 is dat aantal met maar liefst 15 procent gestegen naar 2.944.
Dus het zit zo: steeds meer mensen sterven met schulden. Hun nabestaanden weigeren de erfenis. En ze weigeren ook de begrafenis te betalen. Daarvoor draait de gemeenschap op.
Volgens de Algemene Nederlandse Bond voor Ouderen komt het allemaal door de crisis. Nu geloof ik direct dat die crisis hier een rol speelt, maar ik kan me niet voorstellen dat die rol doorslaggevend is. Als je heel je arbeidzame leven netjes een beetje hebt gespaard om iets na te laten aan je nabestaanden en je eigen begrafenis te betalen, dan is dat geld niet ineens weg door de crisis. De belangrijkste reden lijkt me dat het afbetalen van een hypothecaire lening en het overdragen van vermogen aan een volgende generatie niet meer de prioriteit hebben die deze doelstellingen eens hadden. Het eigen huis ‘opeten’, zelf genieten en na ons de zondvloed lijken mij de karakteristieken van een levenshouding die dominanter is geworden.
Is dat veelzeggend? Ik denk van wel ja. Volgens Paulus behoort het tot de natuurlijke (heel normale) orde der dingen wanneer ouders schatten vergaderen voor hun kinderen, en niet andersom: wanneer kinderen schatten vergaderen voor hun ouders (2 Kortinhe 12:14). Ouders die dat niet doen, leven niet vanuit het besef dat zij een schakel in een keten vormen: dat zij iets hebben geërfd en dat zij datgene wat ze hebben geërfd in minstens dezelfde goede staat weer aan hun kinderen moeten overdragen. In een van de belangrijkste teksten uit de Nederlandse geschiedenis – onze Onafhankelijkheidsverklaring, het Plakkaat van Verlating (1581) – schrijven de heren van de Staten-Generaal dat zij in Opstand komen om de eer en de toekomst van hun vrouwen en kinderen. Ze hadden zelf in een vrij land gewoond en wilden hun nabestaanden een vrij land nalaten – en ook in die zin schuldeloos sterven. Ze hadden, zeker op hun leeftijd, ook kunnen denken: ach, het zal onze tijd wel duren. Maar dat hebben ze, anders dan onze ouders, niet gedaan.
Van de weeromstuit dient het volgende kwaad zich aan. Waar ouders de natuurlijke orde verkeren, verdwijnt bij de kinderen zelfs de meest elementaire vorm van gewone liefde tussen ouders en kinderen. Bij hun dood verwerpen de kinderen hun ouders, en weigeren een begrafenis in alle eer voor God en vaderland te bekostigen. De gemeenschap betaalt. Belastingen zijn voor 90 procent het gevolg van morele defecten.
Egoïsme, zelfs in de relatie tussen de geslachten. Het lijkt me dat je als natie eigenlijk niet verder kunt weg zakken dan hier gebeurt.
Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten