Code rood Amsterdam: 1 op 10 ambtenaren ziek door pesterij – kosten exploderen naar 250 miljoen

De gemeente telt zo’n 22.000 medewerkers. In 2024 lag het ziekteverzuim al op 8,6 procent, ruim boven het landelijke gemeentelijke gemiddelde van 6,7 procent. In 2025 stijgt het door naar een ongekende 9,6 procent – een record dat geen enkele andere Nederlandse gemeente evenaart. De financiële schade is enorm:

Volgens het rapport heerst er binnen de gemeentelijke organisatie een toxische cultuur waarin discriminatie en pesterijen welig tieren. Medewerkers spreken over racisme, seksisme en vernederingen, terwijl leidinggevenden vaak niet in staat of bereid zijn “het goede gesprek” te voeren.

“Dit leidt tot werkafstand en uiteindelijk uitval,” waarschuwt de arbodienst.

Het rapport stelt onomwonden dat Amsterdam niet voldoet aan het wettelijk kader voor verzuimbeheersing en dat de situatie “onverminderd hoog” blijft verslechteren.

De conclusies leggen een pijnlijke paradox bloot: een gemeente die naar buiten toe de mond vol heeft van inclusie en sociale rechtvaardigheid, maar intern een werkomgeving tolereert waarin medewerkers ziek worden van discriminatie en pesterijen. Terwijl het stadsbestuur miljoenen uitgeeft aan klimaatprojecten, opvang en andere prestigieuze plannen, ontbreekt het aan basale zorg voor het eigen personeel.

Zorg van de Zaak dringt aan op directe interventie: betere gesprekken, preventieprogramma’s en harde maatregelen tegen pesters. Zonder stevig leiderschap en duidelijke sancties dreigt het ziekteverzuim verder te exploderen, met een nog grotere aanslag op de gemeentekas.

Amsterdam staat bekend als de stad van vrijheid en tolerantie, maar achter de schermen kampt de gemeente met een arbeidsklimaat dat allesbehalve inclusief is. Met een ziek thuis zittend personeelsbestand van één op de tien medewerkers en een dreigende kostenpost van €250 miljoen per jaar is het niet langer een intern probleem, maar een publieke crisis. De hoofdstad heeft geen nieuwe slogans nodig, maar een flinke schoonmaak in het stadhuis.