Daar gaan we weer, beste lezers. Een nieuwe aflevering in wat gerust een dagelijkse rubriek mag heten: de gestoorde rechtspraak van Nederland. Deze keer in de hoofdrol: de 38-jarige Jamal B. uit Utrecht. Strafblad van vijftien pagina’s. Bekend bij politie en justitie. En wat deed hij op 16 mei in het Utrechtse Stadskantoor? Hij schreeuwde:
“Ik ga sterven in een bloedbad, ik schiet iedereen hier dood! Kanker racisten, het is jullie schuld dat ik dakloos ben. Maandagochtend om 08.30 uur kom ik terug!” U raadt het al:
gisteren stond hij voor de
rechter. En wat kreeg hij? Een
taakstraf van 60 uur. U leest het goed: 60 uur schoffelen voor een expliciete
doodsbedreiging die ambtenaren en burgers de stuipen op het lijf joeg.
Dreigen mag, als je maar een zielig verhaal hebt
Laten we de feiten even nuchter bekijken. Jamal B. beweert dat hij “lelijke dingen” zei, maar dat het “binnen de lijnen van de wet” bleef. Gelukkig voor de waarheid waren er drie getuigen – twee ambtenaren en een burger – die zijn dreigementen woord voor woord bevestigden. De officier van justitie wees terecht op de concrete dreiging en het feit dat hij een datum en tijdstip noemde. Wie dat niet serieus neemt, is niet geschikt voor het vak.
Toch koos de rechter voor de zachte lijn. Waarom? Omdat Jamal “gefrustreerd” was. Dakloos, depressief, en naar eigen zeggen “ten einde raad.” Triest? Ja. Maar is dat een vrijbrief om een bloedbad aan te kondigen in een openbaar gebouw?
Blijkbaar wel. Want de rechter gaf hem het "voordeel van de twijfel." Alsof zijn strafblad niet al vijftien pagina’s telt. Alsof hij niet eerder taakstraffen liet versloffen. Alsof dit een eerste misstap was, in plaats van het zoveelste hoofdstuk in een dossier van structureel grensoverschrijdend gedrag.
De rechtsstaat als lachertje
De officier eiste 30 dagen cel – en dat was nog mild. Maar de rechter zag liever een tweede kans. “Ik hoop dat u mijn vertrouwen niet beschaamt,” sprak hij vermanend. Pardon? Dit is geen jongen die een blikje Fanta stal bij de Appie. Dit is een notoire recidivist die doodsbedreigingen uit, en nota bene een specifieke dreigdatum noemt.
En wat krijgt hij? Een knipoog en een hark.
De advocaat van Jamal kwam nog met het argument dat “bedreiging subjectief is” en dat “we allemaal mensen zijn met emoties.” Alsof dat betekent dat iedereen dan maar mag schreeuwen dat hij ambtenaren gaat vermoorden. Het is precies dit softe denken dat het vertrouwen in onze rechtsstaat uitholt.
Wachten tot het écht misgaat?
Als we dit soort gedrag blijven bagatelliseren – zoals in deze zaak – dan is het wachten tot iemand zijn dreigement wél waarmaakt. En dan zijn de rapen gaar. Dan staan politici weer voor camera’s met hun "lessen trekken" en “nooit meer” mantra’s. Maar dan is het te laat.
Wat burgers zien, is dit: een man met een levensgevaarlijk profiel, een lange staat van dienst in bedreigingen en verzuimde straffen, die tóch weer wegkomt met een taakstrafje. En de mensen die hij bedreigde? Die mogen hopen dat hij maandag inderdaad níet terugkomt.
Conclusie: rechtspraak als risicofactor
Deze uitspraak is meer dan een misser. Het is een signaal: als je maar een zielig verhaal weet op te hangen, mag je in Nederland blijkbaar straffeloos dreigen met geweld. Jamal B. kondigde in een overheidsgebouw een bloedbad aan, en kreeg 60 uur schoffelen. Geen cel, geen enkelband, geen serieuze consequentie.
Het is een klap in het gezicht van elke burger die nog enig vertrouwen wil hebben in onze rechtspraak. Want wat is die nog waard, als dit soort figuren er keer op keer mee wegkomen?
🟥 Als jij wilt dat DDS blijft bestaan – als tegenmacht tegen de linkse media en Big Tech-censuur – dan hebben we jouw steun nú nodig. 👉 Ga naar https://dds.backme.org of doneer direct via: NL95RABO0159098327 t.n.v. Liberty Media Help ons het tweede deel van het jaar door. Vrijheid is niet gratis.