EU-plannen voor de langetermijnfinanciering van de Europese economie

Geen categorieapr 07 2013, 17:44
Vorige week presenteerde de Europese Commissie haar groenboek inzake de langetermijnfinanciering van de Europese economie. Een groenboek is een discussiestuk, een eerste gedachtevorming waar naar hartelust op geschoten kan worden tot het een witboek wordt, waartegen het Europees Parlement dan ja of nee kan zeggen. Niettemin geeft een groenboek de voornemens van Brussel goed weer en schept het een kader voor toekomstige wetgeving. Wat waren de hoofdlijnen uit dit rapport?
De EU wordt geteisterd door een financiële crisis die zijn weerga niet kent, kwijnende economieën, een failliete bankensector en een recordwerkloosheid, vooral in vak Zuid. Dit alles wordt veroorzaakt door de muntunie, die sterk divergerende economieën onder één munt- en rentestelsel denkt te kunnen brengen, terwijl dit niet kan. Maar de EU heeft de euro heilig verklaard, uit angst voor prestigeverlies. Haar 2020 strategie moet doorgaan en dienovereenkomstig heeft de Commissie thans dat groenboek langetermijnfinanciering opgesteld, om Europa terug op weg te helpen naar 'slimme, duurzame en inclusieve groei', banen te creëren, voort te bouwen op de gebieden waarop het een concurrentievoordeel heeft en hierdoor zijn concurrentievermogen op de mondiale markt te vergroten. Mooie woorden, doch zij sterven in schoonheid, omdat aan de basisvoorwaarde voor succes niet is voldaan.
Maar laat ik eerst eens de belangrijkste aanbevelingen van dat groenboek met u doorlopen. Ten eerste, wat verstaat de Commissie eigenlijk onder langetermijnfinancieringen? De inleiding zegt daarover (zij gebruikt de woorden financiering en investering door elkaar heen, maar dat terzijde):

"Langetermijninvesteringen zijn de vorming van kapitaal met een lange levensduur en hebben betrekking op materiële activa (zoals energie-, vervoer- en communicatiestructuren, industriële en dienstverleningsfaciliteiten, huisvesting en klimaatveranderings- en eco-innovatietechnologieën) en immateriële activa (zoals onderwijs en onderzoek en ontwikkeling) die innovatie en concurrentievermogen stimuleren."

"Om deze langetermijninvesteringen te financieren, dienen overheden en ondernemingen van elke grootte toegang te hebben tot voorspelbare langetermijnfinanciering. De capaciteit van de economie om dergelijke langetermijnfinanciering beschikbaar te stellen, hangt af van het vermogen van het financiële systeem om de besparingen van overheden, bedrijven en huishoudens via open en concurrerende markten effectief en efficiënt naar de juiste gebruikers en toepassingen te kanaliseren. Dit kan door verschillende intermediairs (bv. banken, verzekeraars en pensioenfondsen) en door middel van directe toegang tot de kapitaalmarkten worden uitgevoerd."

Juist ja, maar we weten intussen allemaal, dat de crisis ertoe heeft geleid dat de banken (elkaar) geen cent krediet meer geven. Het geld is simpelweg op, verbrast aan consumptieve aanwendingen als een uitgebreide quartiaire sector en andere non-productieve activiteiten. Beter gezegd: het potverteren van overheden en het lichtzinnige leenbeleid van de financiële sector hebben de huidige crisis juist veroorzaakt! En nu denkt de Commissie met meer van hetzelfde de crisis op te lossen, daarbij de kernproblematiek negerend. Tja.
Maar niet alleen is de kredietkraan ten gevolge van de crisis potdicht gedraaid, ook het vertrouwen van investeerders, beleggers en ondernemers is weg, om van de kapotbelaste consument nog maar te zwijgen. En om dat vertrouwen te herstellen stelt de Commissie beter (Banken) toezicht voor! Briljant! Maar niet heus. Beter toezicht gaat helpen hoor, zeker en vast. Als je er zelf niet in gelooft, wie dan wel nietwaar? Ik denk echter dat het een wassen neus is, de zoveelste dure flop.
De bankensector behoeft geen beter toezicht, maar een onvermijdelijke reset van een fors deel van haar vorderingen, een apart instituut om de rotzooi op te ruimen en de grote systeembanken overeind te houden en bovenal een politiek onafhankelijke ECB, die niet -zoals nu- in feite een verlengstuk van de Commissie is. Daarnaast is het natuurlijk zo, dat de overblijvende gezonde banken haar rol als lange termijn financierder op zal moeten pakken teneinde nieuwe economische activiteit te financieren. Probleem is alleen dat het geld op is. En geldschepping uit het niets leidt tot inflatie. Dan kun je beter het spaargeld afpakken van de burgers, denkt Brussel, en dat gebeurt nu dan ook. Cyprus is ons voorland.
Hiernaast zien we ook ontwikkelingen waarbij institutionele beleggers door overheden min of meer gedwongen worden lange termijnfinancieringen, zoals hypotheken, over te nemen van de bankensector. Een ontwikkeling waar ik niet enthousiast over ben, zeker niet als dat onvrijwillig gebeurt en het uiteindelijke risico toch bij de belastingbetaler wordt neergelegd. Maar in het groenboek wordt naarstig gezocht naar alternatieven voor de volkomen failliete bankensector. Je vraagt je vertwijfeld af hoe het kan dat een Europees bestuur het zóver heeft laten komen en dan ook nog door wil gaan met haar desastreuze beleid. Hoe is het in vredesnaam mogelijk? In elk normaal bedrijf zouden dergelijke falende bestuurders met pek-en-veren eruit gebonjourd zijn. Zoniet in Brussel, daar worden gewoon weer nieuwe plannen gesmeed, die weinig anders zijn dan oude wijn in nieuwe zakken.
De capaciteit van een economie om financiering voor langetermijninvesteringen te fourneren hangt af van haar vermogen om besparingen te genereren en buitenlandse directe investeringen aan te trekken en te behouden. Maar om besparingen te genereren dienen burgers geld over te houden en niet te worden kapotbelast of werkloos te worden omdat bedrijven de poorten dienen te sluiten vanwege de aanhoudende economische malaise. Hier gaat men dus al het schip in.
Nu is het natuurlijk waar dat niet alleen banken de financieringsbron voor langetermijninvesteringen hoeven te zijn. Er zijn ook verschillende andere aanbieders mogelijk zoals overheden, bedrijven en huishoudens. Die laatste categorie is zelfs de belangrijkste financieringsbron, zij het doorgaans voor korte termijn investeringen. In Europa bedragen de verhoudingen tussen investeringen of besparingen en het BBP beide ongeveer 20 %. Dit is in vergelijking met andere regio's gunstig. Dit totaalbeeld verbergt evenwel het feit dat private investeringen in 2011 ruim onder het niveau van 2007 lagen en dat deze daling vier keer zo groot was als de daling van het reële BBP gedurende dezelfde periode.
Het groenboek legt de focus op kapitaalgoederen met een lange levensduur (zoals economische en maatschappelijke infrastructuur, gebouwen en onderwijs en innovatie), niet omdat deze voor de groei belangrijker zijn dan kapitaalgoederen met een kortere levensduur (zoals computers, mobiele telefoons en voertuigen), maar omdat de investeringsvolumes voor kapitaalgoederen met een korte levensduur in sterke mate procyclisch zijn. Deze volumes zijn momenteel lager wegens de zwakke macro-economische vooruitzichten in Europa, maar zullen volgens de Commissie herstellen zodra de economie weer aantrekt. Maar ik ben daarover buitengewoon sceptisch, zolang wordt vastgehouden aan één munt en één rentebeleid zonder monetaire devaluatie mogelijkheid van nationale rekeneenheden.
De Commissie vervolgt dan met:

"Eén belangrijke les van de crisis is dat passende regulering van en passend toezicht op de financiële markten noodzakelijk is om de financiële stabiliteit en het vertrouwen in de markten te herstellen. De EU heeft in dit verband, ter aanvulling van een bredere budgettaire en economische hervorming, een omvattend programma van financiële hervorming uitgevoerd. Financiële stabiliteit is essentieel, maar onvoldoende. Als onderdeel van een bredere beleidsrespons moet de gedetailleerde ijking van het nieuwe regelgevings- en toezichtskader de financiële sector er op effectieve wijze toe in staat stellen en aanzetten de reële economie te ondersteunen, ook op het gebied van fiscaliteit, en dit zonder de financiële stabiliteit in gevaar te brengen."

Wederom mooie woorden, maar lossen die ook iets op?
In het vervolg van het groenboek wordt uitgebreid ingegaan op de rol die commerciële en ontwikkelingsbanken zoals de EIB (Europese Investerings Bank) kunnen spelen bij de langetermijninvesteringen. Wie daarin geïnteresseerd is verwijs ik graag naar het rapport. Wel wil ik graag een moment stilstaan bij de aanbevelingen van de Commissie richting institutionele beleggers. Weliswaar erkent de Commissie dat deze spelers een voorzichtig beleggingsbeleid dienen te voeren in het kader van de afgesproken Solvency II regels, maar wie goed tussen de regels doorleest proeft toch dat er begerig gekeken wordt naar de opgepotte liquiditeiten in de pensioenfondsen:

"Zo blijft de gemiddelde blootstelling aan infrastructuuractiva van de institutionele beleggers laag vergeleken met hun toewijzing aan vastgoed en aan werkelijke infrastructuurinvesteringsbehoeften. Wat risicobeheer en diversificatie betreft kunnen institutionele beleggers problemen hebben met de grootschaligheid van langetermijninvesteringsprojecten. De activabeheerfuncties van niet-bancaire institutionele beleggers zijn het mogelijk niet gewend om met meer illiquide activa om te gaan, taken die vroeger vaak door monolineverzekeraars werden uitgevoerd welke dergelijke activa garandeerden. Dit betekent dat sommige institutionele beleggers hun bestaande vaardigheden mogelijk mettertijd moeten uitbreiden om hun investeringsbeslissingen te ondersteunen."

"Misschien is er daarom ruimte om initiatieven te bezien die opgezet zijn om financiële middelen te poolen en financieringspakketten volgens verschillende risicofases te structureren. Een dialoog tussen institutionele beleggers en niet-financiële ondernemingen alsook middels verspreiding van goede praktijken en casestudy's kan in dit verband nuttig zijn. De Commissie heeft er zich ook reeds toe verbonden voorstellen te doen over mogelijke vormen van langetermijninvesteringsfondsen."

Met andere woorden, de Commissie vindt dus dat als banken minder 'lang geld' uitzetten richting lange reële activa, dat dan dat gat opgevuld zou kunnen worden door institutionele beleggers. De gelijktijdige invoering van liquiditeitsvereisten voor verschillende marktspelers kan echter investeringen in minder liquide activa ontmoedigen en daardoor tegelijk verschillende mogelijke financieringskanalen voor langetermijninvesteringen blokkeren. Het zal mij derhalve benieuwen hoe Basel III eruit komt te zien, waarin fors hogere kapitaalbuffers voor banken voorzien zijn, maar dit terzijde.
U voelt hem wellicht al aankomen... De Commissie komt via het (niet optimaal) functioneren van de kapitaalmarkt via de bestaande 'projectbonds' van de EIB richting eurobonds, al wordt dat woord wijselijk vermeden, en harmonisatie van (vennootschaps-)belastingtarieven. Zij legt bijvoorbeeld de vragen voor "Wat zijn de voors en tegens van het ontwikkelen van een geharmoniseerder kader voor gedekte obligaties?" en "Zou diepere fiscale coördinatie in de EU de financiering van langetermijninvesteringen ondersteunen?"  Een slimme tactiek, zo laat je het de beoordelende parlementariërs zodadelijk zelf zeggen dat dit allemaal noodzakelijk is voor een structureel economisch herstel. In een federatie waarin alle deelnemende staten min of meer congruent zijn en een min of meer convergerend economisch vermogen hebben, zou dit ook waar zijn. Maar het probleem is, dat dit niet zo is. Een Bulgarije is geen Duitsland, zelfs een Cyprus is geen Luxemburg.
En dát probleem, beste mensen, dat blijft. Dát blijft. Lees dat McKinsey rapport.
PS Stakeholders worden verzocht hun opmerkingen tegen 25 juni 2013 aan het volgende e-mailadres te zenden: [email protected].
Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten