Ik moet iets bekennen. Ik val op blond. Geef mij maar een wipneusje, sproeten, rossig of blond haar, groene, blauwe of grijze ogen, en ik ben verkocht. Mijn hart maakt een sprongetje bij alles wat eruitziet alsof het door een oude Hollandse zomer is gebakken. Een beetje zon, wind en veel licht alsjeblieft. Een klassieke man wel. Vrienden plagen me met: hoe Arischer, des te beter bij jou. Zo is het maar net.
Ik omring me ook graag met lichte vriendinnen. Blondies die er prachtig uit blijven zien. Zelfs al zouden ze een vuilniszak dragen. Al zou hun haar vet zijn. Al zouden ze uitgeput zijn. Natuurlijke schoonheid noem ik dat. De lichte variant van mezelf. Zoals de bijzondere vrouw Chantal Runne. Minder mooi zijn is onmogelijk. Al is ze ziek of gestrest.
Maar blijkbaar is van blond houden tegenwoordig fout, in plaats van gewoon smaak. In plaats van: tegenpolen trekken elkaar aan. Fetisj? Ook goed. Je moet – dwangmatig dus – bijvoorbeeld op een Lenny Kravitz vallen (wat een kunstenaar en mens trouwens). Of LeBron James. Billy Porter. Doja Cat. Enzovoorts. Dit zijn willekeurige voorbeelden. Je snapt mijn punt. Blank is crimineel. Fascistisch, zelfs.
Want als ik het uiterlijk van een vrouw zoals Sydney Sweeney prachtig vind, ben ik een wandelend archief van eugenetica. Haar decolleté wordt bestempeld als Nazipropaganda. Haar jeans? Genetisch imperialisme. Great genes of jeans – wie zal het zeggen? Hoe durft ze! Voor de duidelijkheid: ze kreeg de wind van voren voor
dit reclamespotje. Kijk en oordeel zelf.
Culturele toestand van esthetische inversie
De wereld is knettergek geworden. Hoe zijn we hier beland? Overgevoelig voor alles wat blond en blank is? Zodra er een witte vrouw in beeld komt die er mooi uitziet (en dat ook weet), ontstaat er meteen een hysterisch koor van betekenissleutelaars die overal raciale subteksten in horen. Compleet doorgedraaid. Witheid zelf is een taboe. Dat leidt af van de inhoudelijke thema’s die er inderdaad soms nog zijn.
Denk aan privilege. Maar zo kun je nooit op inhoud aan een blondie uitleggen waar die zich van bewust kan zijn. Zoals ik dit jaar nog deed bij iemand uit het werkleven. Hoe die de wereld navigeert en kansen krijgt in de maatschappij is inderdaad anders dan ik. Daar is die persoon níét schuldig aan. En daar mag die wél naar handelen.
De kern van mijn ergernis is dat we beland zijn in een culturele toestand die ik, met dank aan de obscure Duitse filosoof Ernst Möglitz, zou omschrijven als esthetische inversie. Oftewel, de morele verdachtmaking van schoonheid op basis van wie het draagt. Niet wát je bent vanuit intenties, attitude en gedrag. Wíe je esthetiek vertegenwoordigt, bepaalt of je deugt. Möglitz, die ergens in de jaren dertig van de vorige eeuw in een Weens café met zichzelf discussieerde, schreef al: “De macht wil niet schoonheid uitbannen, maar haar herverdelen.” Dat is precies wat hier gebeurt.
Kijk, ik weet dat schoonheidsidealen cultureel zijn. Dat ze lang onrechtvaardig, oftewel exclusief, zijn geweest. Maar moeten we daarom nu doen alsof alle blondies automatisch politieke statements zijn? Alsof er iets mis is met blank zijn an sich? Alsof een mooi gezicht met lichte ogen een aanval is op inclusiviteit?
Inclusiviteit is inclusief onze blondies
Ik noem net al bewust mijn vriendin Chantal Runne. Van Joodse komaf. Chantal is het levende bewijs dat schoonheid niets te maken heeft met de enge symboliek die critici erin willen stoppen. Jaaaaaa joh, er zijn genoeg blonde Joden. Of rossige Joden. Zoals mijn vriendin Merav. Arische Joden. Ik moet de spot bedrijven…
En toch, als Chantal op een billboard zou verschijnen, zonder dat mensen dit over haar zouden weten, dan zouden dezelfde mensen waarschijnlijk in koor schreeuwen dat ze ‘problematisch’ is. Nou ja, een billboard voor die spijkerbroeken dan. Laatst stond ze al op een billboard op het Museumplein om iets anders. Iets met inhoud.
We zijn de weg kwijt.
Racisme is racisme, ook als het zich richt op witte mensen. Inclusiviteit is inclusief onze blondies. Seksualisering is niet alleen verkeerd als het gebeurt bij vrouwen van kleur. Schoonheid is niet verdacht, tenzij je hebt besloten dat bepaalde lichamen ideologisch besmet zijn. Zoals hier ook gebeurt vanuit oud zeer.
Transgenerationele zaken die in het heden op blanken geprojecteerd worden. Waarmee nakomelingen van slachtoffers in het hier en nu daders worden om recht te trekken wat er in eerdere generaties is voorgevallen. Een nieuwe cyclus. Volledig uit balans.
Als we niet uitkijken, belanden we in een ravijn waardoor progressie en echte inclusie juist langer uitblijven. Omdat we meer ellende veroorzaken in de trend van wat Albert Camus ooit de beestachtige conditie van de mens noemde. Als we in het verleden blijven hangen, kunnen we het niet hebben over nieuw zeer. In het hier en nu. En door met veerkracht.
Genoeg van ongezond woke
Niet alle borsten zijn propaganda. Niet elke witte vrouw met blauwe ogen is een Hitlergroet in spijkerbroek. En niet elke voorkeur is politiek. Soms is een jeans gewoon een broek. Een commercial gewoon reclame. En een blondje gewoon onweerstaanbaar. Of een herinnering voor mezelf: dat ik maar weer eens moet gaan hardlopen zodra het kan. De perfecte benen van Sydney Sweeney krijg ik niet. Maar ze spoort me aan om weer een poging te wagen.
Weet je wat erg is? Mensen krijgen genoeg van uit balans en in onzin leven, oftewel van ongezond woke. Ze schieten daarom juíst de andere kant uit. Zoals de blonde, lesbische en Joodse endovrouw (vrouw met endometriose) Jillian Michaels zegt:
de Pride Maand is gekaapt.
Of zoals comédienne Hannah Gadsby, vrouw met een van de mooiste breinen (autisme nog wel) uit deze tijd, in haar
Netflix-show Nanette zegt:
“Where are the quiet gays supposed to go? […] I’m just like… the pressure on my people to express our identity and pride through the metaphor of party is very intense. Don’t get me wrong, I love the spectacle, I really do, but I’ve never felt compelled to get amongst it. Do you know? I’m a quiet soul. My favorite sound in the whole world is the sound of a teacup finding its place on a saucer. Oh, it’s very, very difficult to flaunt that lifestyle in a parade. I don’t even like the flag. Controversial! But there, I’ve said it. Now… the Pride flag, now, I love what it means, that is perfect. Pride. Wonderful. But the flag itself? Bit busy. It’s just six very shouty, assertive colors, stacked on top of each other, no rest for the eye. An afternoon of that waving in my face, I need to express my identity through the metaphor of a nap.”
Dat leidt tot echte criminaliteit en intolerantie…
Kortom, als je op Lenny Kravitz valt, geen zorgen. Bij de volgende commercial kom je vast aan je trekken. Zo werkt het. Tenminste, als de marketingmensen van het betreffende merk weten wat ze doen. Ondertussen, zoals we dat in Amsterdam zeggen: doe echt effe normaal. Je ziet spoken.