Nederland moet zich kunnen verdedigen – maar Brekelmans gebruikt Defensie voor oorlogshitserij

Laat één ding duidelijk zijn: Nederland moet zich kunnen verdedigen. Een modern leger, met drones, gevechtsvoertuigen en voldoende medisch personeel, is géén luxe maar een noodzakelijkheid in een onzekere wereld. Dat de krijgsmacht sterker wordt, is in beginsel prima – zolang het gaat om verdediging van ons eigen grondgebied.

Maar wat we deze week zien is geen nuchtere opbouw van defensie, maar oorlogsretoriek in NAVO-verpakking. Demissionair VVD-minister Ruben Brekelmans presenteert de investeringen als een “afschrikking” tegen Rusland, maar in werkelijkheid is hij bezig Nederland te integreren in een oorlogsmachine die zich voorbereidt op directe confrontatie.

En dát maakt ons niet veiliger. Het maakt ons doelwit.

De plannen zijn omvangrijk: 1.000 extra militairen, tientallen nieuwe gevechtsvoertuigen, drones voor verkenning én aanval, extra medisch personeel en transportcapaciteit. In totaal ruim 1,1 miljard euro. Op zichzelf logisch: een soeverein land moet zijn grenzen, bevolking en infrastructuur kunnen beschermen.

En ja, de oorlog in Oekraïne heeft laten zien dat moderne oorlogsvoering andere eisen stelt dan we twintig jaar geleden dachten. Drones, cyberdefensie en mobiele eenheden zijn essentieel geworden. Geen probleem dus met betere uitrusting.

Maar dan komt de aap uit de mouw.

Brekelmans beweert dat Rusland bezig is met het opbouwen van “strategische reserves” om binnen enkele jaren “een conflict met NAVO-partners” te beginnen. Klinkt bekend? Dat is dezelfde retoriek waarmee Amerika in 2003 Irak binnenviel: dreiging creëren waar die niet concreet bestaat, om militaire expansie te rechtvaardigen.

De IAEA zegt dat Iran geen kernbom bouwt. Rusland heeft geen NAVO-land aangevallen. Maar toch moet Nederland miljarden investeren, want “het zou kunnen.” Dat is geen beleid op basis van realiteit. Dat is politiek gemotiveerde paniekzaaierij, gestuurd door de NAVO-lobby, het militair-industrieel complex, en ministers met ambitie voor Brussel.

Als Nederland echt veiliger wil worden, moeten we investeren in defensie zónder mee te gaan in Amerikaanse (of Israëlische, trouwens) militaire avonturen. Ja, bewapen onze krijgsmacht. Ja, zorg dat we onszelf kunnen verdedigen. Maar maak Nederland geen voorpost van een NAVO-oorlogsproject tegen Rusland, gebaseerd op dreigingsbeelden die nooit feitelijk worden onderbouwd.

Brekelmans roept nu al om een nieuwe NAVO-norm van 3,5% van het BBP voor defensie. Tel daarbij op: 1,5% voor “ondersteuning.” Dat is samen 5% van het BBP, oftewel tientallen miljarden euro’s. Geld dat niét naar zorg, onderwijs of woningbouw gaat, maar naar raketten, bunkers en gevechtsrobots.

En waarvoor? Voor “voorbereiding” op een oorlog die we met onze eigen retoriek uitlokken.

Het is goed dat Nederland zijn krijgsmacht versterkt. Maar dat moet vanuit het principe van soevereiniteit en zelfbescherming, niet als voorbereiding op een offensieve NAVO-strategie die wordt aangestuurd door Washington en uitgevoerd via Brusselse pressie.

Brekelmans gebruikt een terechte ambitie – een sterk leger – als vehikel voor oorlogszuchtige ideologie. Daarmee maakt hij Nederland geen burcht, maar een bruggenhoofd. Een doelwit.

We moeten ons kunnen verdedigen. Maar vooral tegen politici die ons meeslepen in andermans oorlogen.