Geen leugen of list gaat falende Obama te ver

Geen categorieaug 13 2012, 10:14
Met een echt werkloosheidscijfer van bijna vijftien procent (ofwel, meer dan zes boven het officiële cijfer van 8,3 procent) is het lastig voor Barack Obama om te wijzen op de grote successen van zijn stimuleringsbeleid. Hij had een uitzonderlijk stimuleringsbudget nodig om de onder George W. Bush ontstane problemen op te lossen, zo luidde zijn uitleg, en dan zou hij bij machte zijn om Amerika weer groei en zelfvertrouwen te geven. Daar is niets van gelukt. Amerika twijfelt aan zijn eigen capaciteiten.
De afgelopen tien dagen ben ik door Texas en Oklahoma gereisd. Op dit moment ben ik in New Mexico. Ik heb ontelbare verlaten winkels gezien, talloze trieste straten, drommen armen die met een creditcard van de sociale dienst hun boodschappen doen bij de supers van Walmart.
Amerika heeft van nature een grote groep burgers die aan de onderkant van de sociale ladder bungelen, maar deze groep is nu groter dan ooit. Minder mensen nemen deel aan het arbeidsproces dan tien jaar geleden, terwijl de bevolking in omvang is blijven groeien.
Het economische proces in Amerika draait voor zeventig procent om de bevrediging van de vraag van Amerikaanse consumenten. Wanneer deze huiveren bij het doen van aankopen, stottert de economie. De middenklassen, waartoe ook de kleine ondernemers behoren die het merendeel van de werkgevers vormen (Amerika’s economie wordt niet beheerst door multinationals maar door het midden- en kleinbedrijf), zijn onzeker geworden. Ze kopen minder, investeren minder, nemen minder mensen aan. Er is altijd nog grote rijkdom, maar het land verkeert in een identiteitscrisis. Obama heeft die crisis versterkt.
Maskeren
Vanaf het begin van zijn verschijnen op het nationale podium heeft Obama verschillende petten op gehad. Hij is diep in zijn hart een socialist, maar moest deze overtuiging maskeren. Als socialist kan geen kandidaat succesvol campagne voeren. Dus moest hij een man spelen die zijn intenties met een vage, zalvende retoriek aan de man bracht, een man die voorbij de polarisatie stond, die zich niets van de spelletjes in Washington zou aantrekken, een man die alles anders zou doen, zuiverder, ethischer. Hij stelde zich op als een beschaafde, intellectuele ziener, en maakte gebruik van de enorme behoefte bij een groot deel van het electoraat om eindelijk een zwarte man te kiezen, een nette zwarte man, die arugula eet en dure cappuccino’s bij Starbucks drinkt. Een zwarte man met een wit hart.
In werkelijkheid had Obama zich nooit door enige ethiek laten leiden. In Chicago speelde hij als het moest het politieke spel met alle vunzigheid die nodig was om een machtspositie te verkrijgen. Zijn stille agenda was de transformatie van Amerika. Dat zei hij ook onomwonden bij zijn aantreden: de transformatie van Amerika zou onder zijn presidentschap plaatsvinden. Hij preciseerde nooit wat hij daarmee bedoelde, daarmee had hij een deel van het electoraat van zich vervreemd, maar het had iets religieus, zo leek het. Wij weten nu dat hij het model van de verzorgingsstaat in Amerika wil invoeren. Nationale gezondheidszorg. Een grote overheid. Uitvoerige sociale programma’s.
In Europa weten we inmiddels dat de moderne verzorgingsstaat niet te betalen valt. In Nederland haalt de staat, met als dreiging gevangenisstraf, meer dan de helft van wat we allemaal verdienen naar zich toe, herverdeelt dat inkomen, en kijkt vervolgens nog steeds tegen grote tekorten aan. Er is meer geld nodig dan wat de overheid naar zich toe haalt (de helft van wat we verdienen!), zo uitzinnig duur is de verzorgingsstaat. Dus: hogere belastingen, zegt links. Maar ook met hogere belastingen zijn de kosten niet op te brengen. Dat is precies zo in Amerika.
De schulden ontstaan door Obama’s stimuleringsprojecten zijn inmiddels zo groot dat geen enkel belastingtarief voor de rijken die schulden kan elimineren. Er is niet genoeg gestimuleerd, zeggen linkse economen. Obama heeft nog niet kunnen laten zien wat hij kan, zeggen ze. Maar de geloofwaardigheid van dat praatje begint te slijten.
Na drieënhalf jaar Obama beginnen de stemmers die zich in november 2008 nog door ‘het grote gebaar’ lieten leiden in te zien wie zij aan de macht hebben geholpen. Een onervaren retoricus, een narcist die al meer dan honderd keer is gaan golfen als president. Die vervloekte Bush had na drieënhalf jaar vijfentwintig partijtjes gespeeld – daar spraken de media schande van, over Obama’s golfmanie wordt gezwegen.
Chaotisch
De internationale politiek is chaotisch en laat weinig zien van Amerika’s macht. De groene energie die Obama wil stimuleren speelt geen enkele rol in de energiebehoefte van het grote land, dat nog altijd traditionele fossiele energiebronnen nodig heeft om de intense seizoenen door te komen.
Ofwel: Obama heeft niets positiefs te verkopen. Dus moet hij ervoor zorgen dat zijn tegenstander een kopje kleiner wordt gemaakt. Maak die nog zwarter dan je eigen blazoen – dit is de essentie van zijn campagne.
De Republikeinen hebben het wat dat betreft Obama makkelijk gemaakt. Mitt Romney is een schatrijke, beetje stijve en onkreukbare ondernemer; prachtig, zou je denken. Maar Romney lijkt nu al te wankelen onder de leugens en laster van linkse media en actiegroepen.
David Axelrod, Obama’s Robespierre, een gewetenloos marketinggenie wiens hele leven draait om de gedachte dat het doel elk middel heiligt, leidt de laster- en smaadcampagne van links. Die immoraliteit tekent Axelrod, en ook Obama. Het doel luidt dat de macht behouden moet blijven. Geen leugen gaat te ver om het publiek te misleiden en de tegenstander te vernietigen. Het is een adembenemend schouwspel.
Obama is een charlatan, Romney een wereldvreemde multimiljonair. Dat zijn de smaken dit jaar. Met deze mannen moet Amerika, en de rest van de wereld, zich van een economische en culturele crisis verlossen. Het ziet er niet goed uit.
Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten