Dismal science

Geen categoriejul 25 2014, 13:59
De economische wetenschap is sinds het begin van de huidige crisis voor velen in een kwaad daglicht komen te staan. Het is de vraag of dat terecht is
Veel gehoord verwijt aan het adres van economen is dat zij de financiële crisis, zoals die nu al enige jaren voortduurt, niet hebben voorspeld en, in het verlengde daarvan, verdeeld zijn over de oplossing. Wie het eerste verwijt enigszins op zich laat inwerken, merkt dat het weinig hout snijdt. Als economen economische op- en neergangen adequaat konden voorspellen, dan zouden zij allang multimiljonair zijn; het innemen van short posities op de beurs zou hen schatrijk hebben gemaakt. Dit voorbeeld geeft wel aan dat de zaken niet zo eenvoudig liggen. Om nog maar een voorbeeld te geven: Genoeg economen hebben in het verleden gewezen op het feit dat de ontwikkeling van huizenprijzen in de VS en Nederland onhoudbaar was en aangedrongen op structurele hervormingen. Politici hebben een dergelijke stap nooit durven zetten en zichzelf laten wijsmaken dat dit tijdperk anders was. De hoogconjunctuur zou dan wel misschien niet eindeloos aanhouden, maar de dips zouden gering zijn. Mede door de vergrijzing zouden we gaan naar een tijdperk van structurele krapte op de arbeidsmarkt (zie de conclusies van de Commissie Bakker). In tijden van hoogconjunctuur vergeten we maar al te gemakkelijk ouderwetse wetmatigheden. De economie kent periodes van hoogconjunctuur en recessie, die elkaar afwisselen. Het voorspellen van het omslagpunt is echter het moeilijkste wat er is; het CPB heeft op dit terrein een belabberde reputatie maar kan zich troosten met de gedachte dat andere instanties het nauwelijks beter doen.
Een analogie met het voorgaande is de toekomst van de euro. Steeds meer economen zijn van mening dat de huidige situatie op langere termijn onhoudbaar is. Maar wat is die langere termijn? Overheden en centrale banken hebben laten zien bereid te zijn met onvoorstelbaar grote bedragen de euro te steunen. Als dat niet was gebeurd dan..... We komen hier bij de kern van mijn argumentatie: Economie is geen natuur- maar een sociale wetenschap. Het gaat in essentie om het bestuderen van het gedrag van mensen. Daarom hoeven voorspellingen om de meest uiteenlopende redenen niet uit te komen. Zelfs ogenschijnlijk dezelfde omstandigheden hoeven op korte termijn niet tot dezelfde uitkomsten te leiden.
Is dit een probleem dat om een oplossing vraagt? Sommigen menen van wel. De Tilburgse econoom Eric van Damme heeft, in navolging van dergelijke discussies in het buitenland, in diverse media een pleidooi gehouden voor een gedragscode voor economen. Een gedragscode vervult volgens hem in een 'markt' waarin sprake is van informatie-asymmetrie twee functies: kwakzalvers weren en experts eerlijk houden. Informatie-asymmetrie kan leiden tot marktfalen, doordat er geen vertrouwen meer is in de uitkomsten van economisch onderzoek. De overheid kan dit niet oplossen, omdat zij niet over de noodzakelijke kennis beschikt. Economen moeten zelf het initiatief nemen volgens Van Damme door een gedragscode op te stellen, waarin de gedeelde waarden tot uiting komen.
Hoewel ik Van Damme als econoom hoog inschat, kan ik hem hier niet echt volgen. De denkfout die m.i. hieraan ten grondslag ligt, is dat hij economie benadert als een exacte wetenschap. Er zijn inderdaad terreinen waar je kwantificeerbare voorspellingen kunt doen als econoom, die falsifieerbaar zijn. Er zijn echter ook terreinen waar dat niet kan of niet precies genoeg (zie de voorspelling over het einde van de euro). Daar gaat het om een weging van argumenten, waarbij de één meer nadruk op het ene zal leggen en de ander op het andere. Die weging staat niet los van iemands eigen normen en waarden en is daarom subjectief. Zolang alle argumenten op tafel komen, is dat niet erg. De lezer kan altijd zijn eigen afweging maken. Voor de rest zijn ook economen in Nederland gebonden aan de Nederlandse Gedragscode Wetenschapsbeoefening, waarin o.a. staat dat ze niet met data mogen knoeien e.d.
De huidige economische crisis valt economen niet te verwijten. Economen zijn geen paria's en verdienen geen aparte behandeling omdat ze meer tot ongewenst gedrag geneigd zouden zijn dan andere wetenschappers. Dat laatste ligt wat mij betreft anders waar het gaat om de beleidseconomie. Het monopolie van het Centraal Planbureau leidt maar al te vaak tot het goed praten van het financieel-economisch beleid zoals dat is gevoerd of wordt gevoerd. De aanpak van de eurocrisis is hiervan een voorbeeld. Hoewel het CPB zijn best doet af en toe ook meningen van andere beleidseconomen tot uiting te laten komen, is het instituut zonder meer in de keynesiaanse hoek te positioneren. De breedte van de economische beleidsdiscussie in de Angelsaksische landen gaat daardoor aan ons voorbij. Zo kent ons land geen één leerstoel Oostenrijkse economie en is de Chicagoschool vrijwel niet vertegenwoordigd. Betweterigheid is één van de voornaamste vijanden van de wetenschap en daar lijkt geen tekort aan in ons land. Een gedragscode gaat daaraan echter niets veranderen.
Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten