De opmars van de Nederlandse iGaming-sector: een serieuze economische factor in 2026

Nederland is niet meer slechts een stille kracht binnen de Europese gamewereld. Met een verwachte marktgroei van meer dan 8% per jaar en een waarde die naar verwachting zal verdubbelen van €2,53 miljard in 2024 tot ruim €5,22 miljard in 2033, is deze sector geen bijzaak meer. 

De digitale game-economie groeit snel, gedreven door lokale studio’s, technisch creatief talent en stevige overheidssteun. Wat ooit een nichemarkt was, trekt nu serieus kapitaal en wereldwijde aandacht.

Bron: https://pixabay.com/photos/sony-playstation-ps4-video-games-2619483/

In 2025 gamet meer dan 81% van de Nederlandse internetgebruikers op verschillende apparaten, waarbij een groot deel zich richt op online casinospellen. Mobiel gebruik is sterk, met zo’n 64% van de spelers die hun smartphone als voorkeursplatform gebruiken. Dat is een enorm publiek, en precies dat trekt steeds meer online aanbieders aan.

Sommige platforms, met name platforms die gericht zijn op kansspelen, blijken minder betrouwbaar te zijn. Veel gebruikers zijn klaar met trage, verouderde sites die onduidelijke voorwaarden hanteren en slecht bereikbaar zijn. Dit heeft ruimte gemaakt voor nieuwere iGaming-aanbieders die technisch beter uitgerust zijn en voldoen aan de regels.

Voor investeerders, platformeigenaren of spelers is het simpel: vertrouwen hangt af van licenties. Voordat je kapitaal of gegevens naar een platform stuurt, is het verstandig om te kiezen voor platforms die onder toezicht staan van de Kansspelautoriteit (KSA). Zulke licenties bieden juridische en financiële zekerheid. 

Als spelers zich veilig voelen, blijven ze hangen. Als investeerders vertrouwen hebben, stappen ze in. Wil je actief worden in deze markt? Doe dan eerst onderzoek en kom meer te weten over de verschillende aanbieders voordat je begint met spelen. In een markt van dit formaat is vertrouwen letterlijk geld waard.

Naast iGaming laat ook de Nederlandse game-industrie zich steeds sterker gelden. Game studio Nixxes uit Utrecht werkt mee aan enkele van de grootste internationale franchises, van Tomb Raider tot Marvel’s Avengers. Hoewel ze zelden in de spotlights staan, zijn studio’s als deze inmiddels onmisbaar in de wereldwijde gameproductie.

Hun kracht zit niet alleen in techniek, maar ook in economische impact. Door deze samenwerkingen ontstaan stabiele contracten, exportinkomsten en hoogwaardige banen binnen de Nederlandse techsector. Wanneer bedrijven als Sony zulke studio’s overnemen of ermee samenwerken, vloeit er direct kapitaal de Nederlandse economie in.

Die toenemende rol op internationaal niveau verklaart waarom Nederland steeds vaker gezien wordt als een serieuze speler. Achter de schermen leveren Nederlandse teams games die door miljoenen worden gespeeld.

In steden als Utrecht, Amsterdam en Eindhoven bouwt een nieuwe generatie ontwikkelaars aan de sector vanaf de basis. De focus ligt niet alleen op snel geld, maar juist op originele verhalen, creatief ontwerp en experimentatie. Dit zijn geen hobbyprojecten, ze maken deel uit van de creatieve economie van Nederland.

Instituten zoals de HKU en Breda University zorgen voor een directe instroom van nieuw talent. Daardoor zijn Nederlandse titels als Horizon Zero Dawn, Toki Tori en Swords & Soldiers uitgegroeid tot internationale successen die spelers én investeerders aantrekken.

Naarmate meer Nederlandse indie-games erkenning krijgen op festivals en awardshows, groeit de wereldwijde belangstelling. De marktgroei draait niet meer alleen om consumentenvraag, het gaat nu om structurele investeringen in lokaal talent.

In 2026 draait de Nederlandse gamesector niet alleen om creatieve productie, het raakt steeds duidelijker economische kerngebieden. Studio’s, toeleveranciers, techbedrijven, vertalers en marketeers zijn afhankelijk van stabiele groei. Als die stagneert, voelen meer partijen dat dan alleen de ontwikkelaars zelf.

Wanneer een project wordt geannuleerd of een studio tijdelijk sluit, zoals Dutch Game Garden, betekent dit vaak dat contracten worden bevroren, personeel wordt ontslagen en opdrachten van andere bedrijven stilvallen. Vooral kleinere bureaus en zelfstandige specialisten merken dit meteen in hun omzet. Het effect werkt door tot in de opleidingssector: minder opdrachten betekent ook minder stageplekken, minder gastcolleges en afnemende instroom.

Daarnaast wordt Nederland steeds vaker genoemd in internationale mediakringen als centrum van innovatie. Als de groei in 2026 afzwakt of projecten vertraging oplopen, kan dat de reputatie van het land als betrouwbare techpartner onder druk zetten. Omgekeerd geldt: als de sector goed blijft presteren, opent dat de deur naar meer internationale samenwerkingen, subsidieprogramma’s en exportkansen.