Vandaag stapt Extinction Rebellion (XR) naar de rechter. De
activistische club wil een einde maken aan politieagenten die onaangekondigd
bij klimaatactivisten op de stoep staan. Volgens XR zijn die bezoeken intimiderend
en mentaal belastend. In werkelijkheid lijkt het vooral op aanstellerij van
mensen die zichzelf bewust in de schijnwerpers plaatsen, maar vervolgens
verbaasd zijn als de politie even informeel een gesprekje komt voeren. Waarom stapt XR naar de rechter?
De reden voor het kort geding? Zo’n 35 XR-leden zeggen sinds
2022 thuis bezoek te hebben gehad van agenten, of telefoontjes te hebben
ontvangen van mensen die “voor de inlichtingendiensten” zouden werken.
“Ik dacht dat ik het achter me had gelaten,” zegt activist Ben Terwel
in Trouw.
“Maar toen ik in maart het filmpje van het huisbezoek zag, begonnen mijn handen
te trillen van stress.” Een ander, Sijmen Mulder, kreeg een praatje aangeboden
door een agent die hem complimenteerde met een ludieke actie. “De koning zou
trots op ons zijn,” zei de agent, wat Mulder “een rare vorm van geslijm” vond.
Vervolgens werd hij gevraagd: “Ik was toch wel loyaal aan mijn land?”
Sociale stigmatisering
XR-woordvoerder Pim de Vleeschhouwer spreekt van sociale
stigmatisering. “Zeker als ze meerdere keren komen. Dan zeggen de buren: je was
er niet, en de vorige keer ook niet. Dit is al de derde keer dat de politie aan
je huis komt.” Ja, als je je met activisme bezighoudt, mag je verwachten dat
dat opvalt. Maar blijkbaar mogen de buren niet denken dat er iets speelt. De
Vleeschhouwer eist nu dat niet alleen de huisbezoeken stoppen, maar ook dat de
politie de verzamelde gegevens niet meer mag gebruiken.
📢 DDS blijft objectieve verslaggeving brengen — steun ons werk!
Bij De Dagelijkse Standaard geloven we in eerlijke journalistiek: feiten eerst, emotie later.
Steun ons onafhankelijke werk door te doneren via BackMe of maak rechtstreeks over naar NL95RABO0159098327 t.n.v. Liberty Media.
Samen houden we de waarheid levend! De politie is geen ‘gedachtenpolitie’
Korpschef Janny Knol bood eerder dit jaar excuses aan voor
een specifiek huisbezoek, en benadrukte: “Wij kunnen mensen niet aanspreken op
hun deelname aan een demonstratie. Wij zijn geen gedachtenpolitie.” De politie
zelf noemt de huisbezoeken een “onlosmakelijk onderdeel van verbindend
politiewerk” en zegt dat er “talloze redenen” kunnen zijn voor een bezoekje:
van buurtonderzoek tot zorgen over iemands welzijn. Volgens woordvoerder
Robbert Salome worden mensen niet bezocht vanwege hun mening of demonstratiegedrag.
Maar hij erkent ook dat men bij gesprekken rondom grondrechten “voorzichtig”
moet zijn.
Demonstreren is geen vrijbrief
De Nationale Ombudsman onderzoekt de kwestie, want er zou
sprake zijn van een “chilling effect”: mensen zouden zich door politiebezoeken
laten ontmoedigen om te demonstreren. Maar eerlijk is eerlijk: wie regelmatig
de snelweg blokkeert, zich vastlijmt aan kunstwerken of met opzet de wet
overtreedt voor een ‘goed doel’, moet zich niet als porselein gedragen zodra de
politie een paar vragen komt stellen. Demonstreren mag — terecht — maar dat
betekent niet dat je immuun bent voor belangstelling van handhavers. Wie op het
podium klimt, moet niet janken als er een spotlicht op hem gericht wordt.