De twaalf commissarissen van de Koning hebben de brutaliteit
gehad om minister Faber van Asielzaken op te roepen de spreidingswet vooral
niet in te trekken. Ja, je leest het goed: deze ongekozen technocraten, die
gezellig in hun villa’s wonen, denken te weten wat goed is voor Nederland.
Terwijl de kiezer op 22 november 2023 luid en duidelijk “genoeg!” heeft
geschreeuwd tegen de ongebreidelde migratiestroom en de dwang van de
spreidingswet, lappen deze bestuurders de volkswil aan hun laars. Bij De Dagelijkse
Standaard zijn we woest, en dit is waarom hun oproep een regelrechte
middelvinger naar de democratie is. Bestuurlijke arrogantie tegen de verkiezingsuitslag
De verkiezingen waren een mokerslag voor het migratiebeleid
van het oude kabinet. PVV, BBB en NSC scoorden juist omdat ze beloofden de
migratiestroom in te dammen en de spreidingswet te dumpen. Wat doen de
commissarissen? Ze beweren doodleuk dat de wet “juist goed werkt” en moet
blijven. Sorry, sinds wanneer hebben benoemde bureaucraten zonder
kiezersmandaat het recht om de politieke realiteit te negeren? Dit is pure
arrogantie.
Verlengstuk van Den Haag, niet van de burger
Laten we even duidelijk zijn: een commissaris van de Koning
is geen volksvertegenwoordiger, maar een pion van het Rijk. Ze dienen de Haagse
machine, niet de mensen in de dorpen en steden die dagelijks de gevolgen van
massa-immigratie voelen. Hun pleidooi voor de spreidingswet laat zien waar hun
loyaliteit ligt: bij het systeem, niet bij de burger. Het is een schande dat ze
zich als morele scheidsrechters opwerpen terwijl ze zelf geen vinger uitsteken.
Spreidingswet = Dwang verpakt als solidariteit
De commissarissen hebben het over “solidariteit”, maar wat
ze echt bedoelen is dwang. Gemeenten die geen asielzoekers willen opvangen –
vaak omdat ze al overbelast zijn of omdat er geen draagvlak is – worden met
bestuurlijke chantage in het gareel gedwongen. Dit is geen samenwerking, dit is
dictatuur met een glimlach. Het ondermijnt de lokale democratie en maakt van
“spreiding” een vies woord.
Doorduwen in plaats van luisteren
Als het draagvlak voor migratie kraakt, zou je verwachten
dat bestuurders even pas op de plaats maken. Maar nee, deze commissarissen
kiezen voor de oude reflex: doordrukken, wegkijken en gemeenten die protesteren
een moreel schuldgevoel aanpraten. Hun claim dat het schrappen van de
spreidingswet “problemen vergroot” is een zwaktebod om het eigen falende
migratiebeleid te verhullen. Trap er niet in.
Schijnheiligheid van de elite
Het is makkelijk praten over “solidariteit” als je zelf in
een villawijk woont, ver weg van de overbelaste wijken of krimpdorpen waar
asielzoekers worden gedropt. Deze commissarissen voelen de spanningen, de druk
op zorg, onderwijs en veiligheid niet aan den lijve. Toch menen ze namens ons
allemaal te spreken. Dat is geen solidariteit, dat is schijnheiligheid van de
bovenste plank.
Conclusie: Tijd voor een bestuurlijke opstand
De oproep van de commissarissen is een klap in het gezicht
van de kiezer. Het regeerakkoord is duidelijk, de volkswil is helder: de
spreidingswet moet weg. Dat benoemde bestuurders dan toch pleiten voor behoud,
toont hoe losgezongen ze zijn van de realiteit. Dit is niet alleen een aanval
op de democratie, het is een oproep om het bestuurlijke systeem op de schop te
nemen. Luister naar het volk, niet naar het partijkartel!
Steun ons werk: doneer via BackMe of maak direct over naar NL95RABO0159098327 t.n.v. Liberty Media. Samen houden we Nederland scherp, vrij en verstandig!