DEN HAAG (ANP) - Als de Tweede Kamer nader onderzoek wil naar het lekken over de zaak rond oud-voorzitter Khadija Arib, dan is het aan Kamerleden zelf om daartoe het initiatief te nemen. Dat heeft Kamervoorzitter Martin Bosma gezegd in een debat. "Het presidium heeft daar geen enkele mening over", herhaalde hij meerdere keren. Hij bood aan de opties op een rijtje te zetten, voordat de Kamer direct na het zomerreces opnieuw over de kwestie debatteert.
Het toenmalige presidium, waar ook Bosma al deel van uitmaakte, begon in 2022 een onderzoek naar Arib. Zij was in anonieme brieven beschuldigd van autoritair en grensoverschrijdend gedrag. Dat besluit had binnenskamers moeten blijven, maar stond nog diezelfde dag in NRC. Alleen een oud-persvoorlichter werd vervolgd, en onlangs vrijgesproken. Er komt geen hoger beroep.
Veel Kamerfracties worstelen ermee dat alleen de betrokkenheid van ambtenaren is onderzocht, maar niet die van Kamerleden. Vooral over de rol van toenmalig voorzitter Vera Bergkamp willen veel partijen meer weten. Die kant van de zaak is buiten beschouwing gebleven omdat het Openbaar Ministerie niet bevoegd is onderzoek te doen naar mogelijke ambtsmisdrijven door Kamerleden.
Kamermeerderheid voor opsomming
De Kamer kan wel een verzoek neerleggen bij de procureur-generaal bij de Hoge Raad. Dat is een "lang en zwaar" traject, waarschuwde Bosma. Ook andere vormen van onderzoek zijn wellicht mogelijk. "Wij horen graag wie dat moet doen en wat de onderzoeksvraag moet zijn", aldus de Kamervoorzitter. "Dit is een dossier met heel veel wantrouwen en achterdocht", zei hij erbij.
Een Kamermeerderheid (BBB, NSC, GroenLinks-PvdA, VVD, SP en ChristenUnie) neemt voorlopig genoegen met de door Bosma beloofde opsomming van opties.