dina1

-Dina-Perla Portnaar- Waarom ik als Jood opsta voor kerken – en een vragenuurtje

Opinie16 jul , 10:30
Er kwamen veel reacties op mijn opiniestuk in het Parool over aanvallen op kerken. Dat betekent dat er iets geactiveerd is. Dat werd tijd. Ik wil dit onderwerp niet even aanraken, maar agenderen. Na de zomer, als ik hersteld ben van mijn operatie en het politieke seizoen weer op gang komt, ga ik het begrip culturele genocide op de kaart zetten. Niet als historisch etiket, maar als actuele realiteit. Als noodzakelijke waarschuwing voor preventie.

Laten we beginnen met het vragenuurtje

Eén van de eerste vragen die ik kreeg, was waarom ik als Joodse Nederlander (nou ja, van geboorte) dit thema zo nadrukkelijk naar voren breng. Waarom ik het over kerken heb en niet over synagogen en andere joodse instellingen die inderdaad absurd veel bescherming nodig hebben.
Het antwoord is simpel én gelaagd. Ja, er zijn meer kerken dan synagogen. Ja, er zijn meer christenen dan joden. Maar dat is het punt geeneens. Het punt is dat ik me niet veranker in het verleden. Dat doet me denken aan één van de drie lijflieden die ik heb, namelijk Laat me van Ramses Shaffy, maar dat terzijde. Ik blijf niet hangen in eeuwenoude pijn. Ik kijk naar het hier en nu. Naar wat nú nodig is om de toekomst leefbaar te houden.
Dat betekent opkomen voor de plekken waar ons gezamenlijke erfgoed wordt aangevallen. Want ook al is de relatie tussen christenen en joden historisch gezien complex geweest, het zijn juist die beschavingsvormende stromingen die ons waardenstelsel hebben opgebouwd. Dat mag nooit vanzelfsprekend worden.
Verankerd in de toekomst is al helemaal niet de bedoeling. Al gauw verandert dat in de ‘heilige oorlog’, waar ik koste wat het kost niet aan mee wil doen. Wie denkt in termen zoals de eindtijd en wie de Messias zal worden, wil ik niet per se afschrijven. Ik wil hen alleen beperken tot hun eigen terrein en overdenkingen, buiten het collectieve bewustzijn.
Want wie zal het zeggen wat er gaat gebeuren, of welke leider er wel of niet komt. Of geen, omdat het door de mens geschapen sprookjes zijn. We zijn onze eigen Messiassen. Dat is pas volwassen denken en verantwoordelijkheid nemen. Autonomie en geen hegemonie. Daar geloof ik heilig in!
Mijn verbondenheid met de christelijke mystiek en de schoonheid die daar leeft voorbij de dogma’s, is bovendien zeer persoonlijk. Ik kom er tot rust. Trouwens, leuke mensen ook. Vaak leuker dan de joden die ik ken. Maar dat terzijde. Mijn rust is spiritueel, maar ook rationeel. Je hebt namelijk eeuwen nodig om zo’n beschaving op te bouwen en minuten om het te verliezen.
Nu ga ik iets zeggen wat niemand hardop zegt. Dat is de essentie van wie ik ben. Mensen geven meer om christenen dan om joden. Dat is pijnlijk, maar dat is eenmaal de realiteit. Joden zijn voor sommigen nog altijd kakkerlakken. Dus als je een punt wilt maken en een beschaving wilt beschermen, moet je soms strategisch zijn. Wie niet naar je luistert als je over jezelf spreekt, moet je misschien wakker schudden door te spreken over henzelf.
Tegen de joden die begonnen over de tachtigjarige oorlog, eerdere roof door christenen en ga zo maar door: in het hier en nu lijkt deze manier van denken me een belemmering voor vooruitgang. Maar zoals ze zeggen: suit yourself.
Dan de tweede veelgestelde vraag: zou ik ook reageren bij aanvallen op andere gebedshuizen?
Natuurlijk. Het maakt me niet uit wat voor cultureel erfgoed het is, al helemaal bij de kunsten en dergelijke, dus voorbij gebedshuizen. Elke aanval op een plek van gebed of van historische waarde is een aanval op de ziel van een beschaving. Maar dat betekent niet dat alles hetzelfde of gelijkwaardig is.
Het Westen is gevormd door het christendom. Dat maakt het extra pijnlijk als daar nu zoveel stilte omheen hangt. Er is bovendien een tijdlijn van historische relevantie en wie de meeste meters gemaakt heeft. Tot slot is er een hiërarchie van standaarden. Daarover zo meer.
Ik heb de motieven van de aanvallen niet uitgestippeld. Niet genoemd door wie de aanvallen precies gepleegd zijn. Geen labels geplakt. Dit kreeg ik ook veel terug.
Niet om laf te zijn, maar omdat het niet de slimste aanpak is. Ik wil niet bijdragen aan angst en polarisatie. Ik kies voor gratie en oplossing. Focus op het positieve en het liefst lang voordat culturele genocide de pan uit zal reizen.
Dus of een aanslag nou komt door radicalisme, verwardheid, andere psychiatrische ellende, bekering, haat of onverschilligheid. Wat telt is dat we het structureel aanpakken. Niet alleen bestraffen, maar voorkomen. Niet alleen reageren, maar definiëren: dit is culturele genocide.
Het Parool is toch oh zo links?
Lieve mensen, allereerst houd toch eens op met die manier van denken. Daarover zo meer. Denk niet rechts. Denk niet links. Denk na. En Het Parool biedt de ruimte aan allemaal verschillende soorten stemmen.
Belangrijker is dat ik twintig jaar credits heb opgebouwd in het volledige medialandschap, niet alleen in Nederland. Al zo lang omring ik me door de stemmen van de wereld, zoals ik hen noem: musici, journalisten, filosofen, wetenschappers, hoogleraren, presentatoren en ga zomaar door. Het is mijn hele leven.
Dus mensen kennen me persoonlijk. Ze kennen mijn natuur. Ze snappen iets van mijn oprechte intenties. Ze weten dat ik niet zomaar met iets kom zonder de feiten te kennen, of vanuit verborgen agenda’s. Die zijn er niet. Ook weten ze hoe graag ik wil begrijpen.
Dat biedt me de ruimte om overal heen te gaan, want het maakt niet uit waar ik zit. Ik blijf mezelf. What you see is what you get. Ik zeg waar het op staat. Ik doe dat met gratie. Ik houd oprecht van mijn vakgenoten, zelfs wanneer ik het niet met hen eens ben, of knettergek van hen word. En ja, zelfs als ik inderdaad uiteindelijk toch echt wel rechts ben.

Co-existentie is aardig, maar niet genoeg

Tot slot moeten we als burgers – nationaal én internationaal – opnieuw gaan staan. Niet voor partijbelangen of identiteitspolitiek, maar voor een gezamenlijk waardensysteem van het leven en beschaving. Dat klinkt groots, maar het begint klein. Met gewone mensen. Door loyaal te blijven aan elkaar voorbij landsgrenzen en leiders. Loyaal aan onze menselijkheid. We kunnen elkaar niet blijven verliezen in stammenstrijd, historische rekeningen of politieke echokamers.
Mijn eigen filosofie noem ik humanocratie (gejatte term uit de wetenschap van organisatiecultuur). Het idee dat we een morele infrastructuur aanleggen tussen ‘alle geuren en smaken’. Geen façade van tolerantie, inclusief cultuurrelativisme, maar échte verbinding vanuit de allerhoogste standaarden als winnende principes voor het waardesysteem van de wereld. Want co-existentie is aardig, maar niet genoeg. Het is pas het begin. Het staat zoals niet eerder in de afgelopen tien jaar onder druk.
Het alternatief is immers segregatie en zuilen, waar we eigenlijk al een beetje in zitten en waar het vooral gaat om kwantiteit in plaats van kwaliteit. Oftewel, niet om de allerhoogste menselijke standaarden, maar om winnende resultaten aan de hand van aantallen. Als mensen zeggen dat blanke Nederlanders meer kinderen moeten krijgen, dan bedoelen ze dat als diepere laag.
We moeten samen iets willen bouwen. De weg vooruit ligt in wat we toevoegen aan de hoogste standaarden, niet in waar we vandaan komen, of welke labels er op ons geplakt worden. Oftewel, zoals ik al eerder liet doorschemeren: wie slim is, doet niet mee aan de ‘heilige’ oorlog. Dat vraagt om moed om de tegenovergestelde flanken niet af te schrijven, totdat er reden toe is. Vooral moed om te rebelleren voor onze langdurige vrijheid.

Zoeken naar de juiste balans op het juiste moment

Politiek en media zie ik als volgt: er heerst een bepaalde balans en verschuiving. Kwesties, ontwikkelingen en keuzes (besluiten, wet- en regelgeving etc.) zitten allemaal op een schaal. Steeds is het zoeken naar de juiste balans op het juiste moment.
Soms biedt links meer ingrediënten aan en soms rechts. Soms is het knokken waard voor een bepaalde flank (ja uh, echt wel). De vraag is steeds bij al die zaken wat er wél van waar is, wat er bedoeld wordt vanuit de diepere lagen en vooral wat we kunnen en nodig hebben. Hoe die laatste twee zaken samenkomen.
Zo kun je besluiten om de kop in het zand te steken en realiteitszin kwijt te raken, want ‘het gaat om uitersten’. Of je kijkt zaken recht toe recht aan en met integriteit in het gezicht aan. Je verzamelt aan alle kanten de ingrediënten om dat algemene waardesysteem verder uit te bouwen. Om het omhoog te duwen, niet omlaag…
Als je dat kunt, zal je merken dat we elkaar soms vaker wel dan niet kunnen vinden in het eindpunt, maar niet in hoe dat het beste bereikt kan worden. Vooral daar zit de wrijving. Makkelijker (in Jip-en-Janneke-taal) kan ik het niet uitleggen.

Minder bekende denkers

Laat ik met vijf citaten van minder bekende denkers afsluiten. Ze hadden geen groot podium. Juist daarom haal ik hen aan.
Simone Weil zei: “De wortels van een samenleving zijn spiritueel. Snijd je die af, dan blijft er niets dan honger over.”
Martin Buber zei: “De relatie tot de ander is de brug naar God. Niet het gelijk.”
Nicolás Gómez Dávila zei: “Wanneer de samenleving geen heiligheid meer kent, rest alleen nog ideologie.”
Etty Hillesum zei: “Het enige dat we van deze tijd mogen verlangen, is dat we mensen blijven onder mensen.”
Muhammad Iqbal zei: “Cultuur leeft niet in monumenten, maar in mensen die voor elkaar staan in moeilijke tijden.”
En Dina-Perla Portnaar zegt: “Dat is de kern van humanocratie. Geen systeem van bovenaf, maar een waarde die van onderop groeit. Zonder historisch vandalisme en culturele genocide graag. In elk mens.”
Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten
5 Reacties