Dilan
Yesilgöz wil niet meer met de PVV samenwerken. Denkt zij nou echt dat de PVV
dat dan wel wil? Wie wil er wel met de VVD? Links zeker niet. De VVD is een opportunistische partij, een deloyale partij,
een pariapartij. Laten we eens de historie van de partij bezien. De VVD gaat van rechts naar
links en nu weer terug naar rechts. Kan de partij van enig opportunisme beticht
worden? Waar staat de VVD eigenlijk voor? Hoe loyaal is deze partij?
De PVV schommelt in de eerste
helft van 2024 in de peilingen rond 40 zetels. Het is een monsterscore. De VVD
scoort in de peilingen 18 zetels nadat het in 2017 nog 33 zetels in de
verkiezingen scoorde. Het is bijna een halvering. De VVD noemt zich een liberale
partij. De vraag is of het liberalisme soortgelijke negatieve spiraal gaat
meemaken als de sociaaldemocratie. Het premierschap van Mark Rutte heeft er
blijkbaar voor gezorgd dat de VVD fors boven haar stand heeft geleefd gezien de
plotselinge neergang na het vertrek van Rutte als politicus. Deze partij heeft
zich ontpopt als een partij links van het midden. Dit was eerst het geval in
paars met de PvdA en ten slotte onder Mark Rutte met D66, waar de desastreuze
samenwerking met Sigrid Kaag. De VVD tuimelt omlaag en partijleider Dilan
Yesilgöz redt wat er nog te redden valt. Eerst wilde ze enkel gedogen maar ze
had geen andere keuze dan volledig aan te haken bij de PVV en zo deed ook NSC.
De trend is naar rechts, niet alleen in ons land, maar in Europa. Dat betekent
snel bijsturen en de VVD weer tot een rechtse partij maken zoals partijleiders
Pieter Oud, Molly Geertsema en Edzo Toxopeus voor ogen hadden, maar ze verloren
later van de linker vleugel van deze partij.
Liberalen
streven naar een samenleving waarin burgers grote vrijheden genieten, zoals
burgerrechten die de vrijheid van het individu beschermen tegen de macht van de
staat en de kerk. Het liberalisme streeft naar een vrije markt en een
bescheiden overheid. De vormgever was de Britse arts en econoom John Locke
(1632-1704), filosoof van de vroege Verlichting. Deze stroming is niet dood en
het ligt dichtbij conservatisme. Echter, Mark Rutte heeft het niet als zodanig
ingevuld met een verdubbeling van het overheidsbeslag en ambtenaren, het niet
beschermen van de vrije markt en het inzetten van Identiteitspolitiek en
vrouwenquota, zoals door links werd gewenst. Het doet denken aan het CDA,
hetgeen een partij is op christelijke grondslag zonder dat ‘christelijk’ te
bekennen is in het beleid. De moraal hiervan is dat als men te veel gaat
afdwalen van de eigen grondbeginselen, de neergang aanstaande is, hoewel soms
vertraagd zichtbaar. Liberalisme is niet dood, maar de vraag is of de VVD ooit
weer de grootste partij kan worden. Dat hangt vooral af van het presteren van
Yesilgöz en haar partijgenoten in het nieuwe kabinet. Kan de partij weer een
positieve bijdrage leveren aan ons land waardoor kiezers het weer wat gunstiger
gaan waarderen? De bestaande coalitiepartijen houden elkaar stevig vast. Terugkijkend was
Hans Wiegel over
de jaren 1971-1982 het gezicht van het liberalisme en werd de Volkspartij voor
Vrijheid en Democratie een volkspartij. Ed Nijpels (1982-1986) werd te licht
bevonden, ondanks zijn eeuwige pochet. Rudolf de Korte was slechts in 1986
partijleider. Joris Voorhoeve (1986-1990) was niet succesvol.
Frits Bolkestein
(1990-1998) zette immigratie op de agenda en de VVD werd de grootste partij.
Onder Hans Dijkstal, Gerrit Zalm en Jozias van Aartsen zakte de VVD weer weg.
Mark Rutte (2003-2023) werd de grote stemmentrekker.
Hans Wiegel
We ontwaren bij de VVD een groot aantal opvallende politici, waarvan ik er
slechts een drietal uitkies om kort te bespreken. Hans Wiegel (1941) was partijleider
van de VVD van 1971 tot 1982 en was lijsttrekker voor de Tweede
Kamerverkiezingen van 1977 en 1981. Hij was lid van de Tweede Kamer van
1967 tot 1977 en fractievoorzitter van de VVD in de Tweede Kamer van 1971 tot
1977 en minister van Binnenlandse Zaken en vice-premier in
het kabinet Van Agt van 1977 tot 1981 en wederom fractievoorzitter in
de Tweede Kamer van 1981 tot 1982. Wiegel was later commissaris van de
Koningin van Friesland van 1982 tot 1994 en lid van de Eerste Kamer van
1995 tot 2000. ‘Hans Wiegel was de beste premier die Nederland noot gehad
heeft’. Men kan hem van opportunisme beschuldigen, maar hij was politicus in
een tijd dat het beleid links gericht was, althans zo zouden wij dat nu zo
omschrijven, gezien onder andere het immigratiebeleid, waar hij zich niet tegen
gekeerd heeft.
Frits Bolkestein
VVD-politicus Frits Bolkestein (1933), die wiskunde, wijsbegeerte,
Grieks, economie en rechten studeerde, werkte onder andere bij
Shell voordat hij terugkeerde naar Nederland en na de Tweede
Kamerverkiezingen van 1977 in het parlement plaatsnam. Hij
was staatsecretaris van Buitenlandse Handel (1982-1986) en korte
tijd minister van Defensie (1988-1989). Hij was
fractievoorzitter van de VVD in de Tweede Kamer en oppositieleider
tijdens het derde kabinet Lubbers en bleef ook na het toetreden van
de VVD tot het paarse kabinet Kok, de politiek leider. Bolkestein stelde
thema's als multiculturalisme, immigratie en de Europese Unie
aan de orde. Van 1999 tot 2004 was Bolkestein Europees
commissaris voor interne markt. Hij kwam met
de Bolkensteinmaatregel voor het vereenvoudigen van betalingsverkeer
binnen de eurozone en pleitte voor de opening van de Europese
dienstenmarkt, de Bolkensteinrichting. Hans Kamp werd in 1994 Tweede
Kamerlid en runde tussen 2002 en 2017 vier ministeries, maar niet Immigratie en
Integratie. Mark Rutte had hem telkens voor wat anders nodig. In 2002 was
Gerrit Zalm partijleider. Pim Fortuyn dook in het gat en de moord op hem droeg
bij aan de opkomst van de PVV. Kamp gold in woord als een hardliner op
immigratie, maar liet de uitvoering aan anderen. Het immigratie- en
integratievraagstuk heeft door de decennia een belangrijke rol gespeeld bij de
VVD maar telkens werd het in woord beleden, maar niet feitelijk doen. Geen
wonder dat dan een ander wel daadkracht toont, nota bene uit de VVD-stal
afkomstig en opgeleid door Frits Bolkestein. “Geert Wilders is een kortstondige komeet” zei Bolkestein
in 2011. Was Bolkestein toen al aan het dementeren?
Rita Verdonk-Mark Rutte
Rita Verdonk (1955) was lid van de Tweede Kamer voor de VVD en
minister en sinds 2022 gemeenteraadslid in Den Haag. Ze werkte bij
het ministerie van Justitie, de Dienst Justitiële Inrichtingen,
Binnenlandse Veiligheidsdienst en accountantskantoren. In 2002 werd ze VVD lid
en werd een jaar later namens die partij
minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie. Na een
motie van afkeuring in 2006 werd haar
portefeuille beperkt en was ze minister voor Integratie, Jeugdbescherming,
Preventie en Reclassering. Verdonk deed in 2006 mee aan het
VVD-lijsttrekkersreferendum, maar verloor van Mark
Rutte. Bij de Tweede Kamerverkiezingen in 2006 stond ze op de tweede plaats en
behaalde meer voorkeurstemmen dan Rutte. Onenigheid en rivaliteit tussen
Verdonk en Rutte leidden er toe dat Verdonk in 2007 uit de fractie werd gezet. De
geschiedenis van de VVD wordt gekenmerkt door opportunisme of ‘buigzaamheid’
zoals dat welwillend genoemd wordt. Als middenpartij schuiven VVD-politici aan
ter linkerzijde om paars te formeren of ze gaan met religieus in zee om een
religieus-liberale coalitie te formeren. Hans Wiegel formeerde met Dries van
Agt, KVP, een kabinet, maar hij maakte later een buiging naar rechts, de LPF
van Pim Fortuyn. Frits Bolkestein stelde thema's als multiculturalisme, immigratie en de Europese
Unie aan de orde, maar hij geldt in dat kader
als iemand die A zei, maar niet B: hij mopperde maar wist zijn ideeën niet in
concreet beleid te vatten. Voor Nederland was buitengewoon
belangrijk dat Rita Verdonk het moest afleggen tegen Mark Rutte. Verdonk wilde
een rechts beleid voeren met een drastische beperking van immigratie. Rutte
noemde zich liberaal, maar opereerde links van het midden als kind van de Lange
Mars door de Instituties. PvdA, D66, CDA of CHU, allen mogen wat (“geen actieve
herinnering”) Rutte betreft aanschuiven, zolang hij maar op het pluche kan
blijven zitten. De keuze van VVD-leden om voor Rutte te gaan kan achteraf een
dwaling worden genoemd. Men liet zich door hem inpakken. Rutte had er geen
bezwaar tegen om met D66 een kabinet te formeren, terwijl alle signalen op rood
stonden. Rutte heeft op diverse vlakken een desastreus beleid gevoerd, zonder
daarvoor de verantwoordelijkheid te willen dragen, zoals in de
Toeslagenaffaire, de Groningeraffaire, de massa-immigratie en het verwaarlozen
van ons leger. De sorry-cultuur van Mark Rutte. Voorts is nagelaten om
eindelijk langer werken fiscaal aantrekkelijk te maken. In de periode Rutte nam
de armoede en ongeletterdheid in Nederland toe, de kwaliteit van zorg en
onderwijs duikelden en Nederland werd onder zijn bewind een narcostaat. Tijdens
de periode Rutte is de concurrentiepositie van Nederland achteruitgegaan.
Rutte: ‘een waanzinnig gaaf
land’
De VVD kent een linker en een
rechtervleugel. Rutte wist beide kampen lang tevreden te stellen door beloftes
te doen die later loos bleken. Rutte bruuskeerde Victor Orban van Hongarije -
“Hongarije moet de EU verlaten als het zo doorgaat met de rechtsstaat” - maar
hij was later Orban‘s ‘beste vriend’, althans om zijn NAVO baan te kunnen
veiligstellen. Orban vergeleek Mark Rutte met Josef Stalin. Rutte beloofde na
zijn actieve politieke loopbaan les te gaan geven. Niets was minder waar. Deze
handige charmeur kreeg het voor elkaar om NAVO baas te worden, terwijl hij in
dertien jaar premierschap het budget voor het Nederlandse leger nooit op de
voor de NAVO vereiste 2% van het bnp zette. Hoe kan het zijn dat iemand die
gezegd heeft geen visie te hebben (“voor visie moet je naar de opticien”) en
nooit verantwoordelijkheid droeg voor zijn beleid, toch de hoogste baas van de
NAVO kan worden, waar visie en verantwoordelijkheid juist met hoofdletters
geschreven worden? Charme en charisma zijn blijkbaar doorslaggevend. NSB’er
Josef Luns kon NAVO baas worden, dus waarom Rutte niet… Het premierschap Rutte
heeft Nederland definitief ingrijpend veranderd, maar helaas niet ten goede.
Nieuw Links was belangrijk voor de richting die Nederland opging, namelijk van
bottom up naar top down, globalisme. De periode Rutte was daarvan de uitloper.
Neergang
Hoe je het ook bekijkt: ons land
steekt in een slechte vorm na het vertrek van Mark Rutte. De economische groei
is laag, de arbeidsproductiviteit is laag, de armoede is hoog, de dealing van
narcotica is hoog, de criminaliteit is te hoog, de polarisatie is toxisch, de
arbeidsmarkt is krap, de verzorgingsstaat moet hervormd worden, het
belastingstelsel moet hervormd worden, de infrastructuur is gammel, de
woningmarkt is desastreus, allerlei sectoren gaan bar slecht, tribalisatie, de
affaires en ga zo nog maar door. Dit zou toch voor een sociaaldemocratische
partij toch alle kansen moeten bieden om daar inhoudelijk op in te spelen.
Waarom gebeurt dat niet? Waarom horen we zo weinig inhoudelijks? Houd op met
het inhakken op ‘radicaal’ rechts. Daar score je niet mee. Inhoud,
constructief, dat willen we horen. Nederland kan zich niet langer permitteren
een disfunctioneel sociaaldemocratische partij in haar midden te hebben. Er is
echter ook een gunstige kant van de medaille zoals Nederland het deed tijdens
de periode Rutte, hoewel niet allemaal op zijn conto is bij te schrijven. De
economische groei nam met 20% toe, het aantal banen nam met 1,4 miljoen toe en
de werkloosheid daalde naar 3,6%. De staatsschuld daalde naar 47%, de
collectieve uitgaven daalden naar 44% van het bnp, de consumentenprijzen stegen
met 37%, het beschikbaar inkomen steeg met 18%, de koopkracht van
gepensioneerden daalde met 4%, de personen in armoede daalde naar 4,8% en de
uitstoot van CO2 daalde met 31%. Hier past de waarschuwing dat de weg naar
verlies geplaveid is met percentages.
Onvrede
De VVD heeft een linker en een
rechtervleugel. Die kloof is groot. Bij de VVD leden heerst onvrede. De
linkervleugel is door Mark Rutte bediend van 2010 tot 2023. Nu is de
rechtervleugel aan de beurt en betwijfeld mag worden dat dit Dilan Yesilgöz’
vrijwillige keuze was om aan kabinet Schoof mee te doen, met zo’n fors PVV
smaldeel. De kritiek die de leden hebben is dat het geluid van de partij enkel
rechts klinkt in verkiezingstijd maar links is daarna. Het is de lijn
Bolkestein-Wiegel versus de lijn Dijkstal-Nijpels-Rutte. De leden worden
lijdzaam en welwillend aangehoord, maar de invloed op het beleid is marginaal.
De belangen van ‘Den Haag’ prevaleren en de top drijft de eigen lijn door.
Rutte wordt daardoor soms leugenaar genoemd. De kloof links-rechts die we
landelijk ontwaren, is in miniatuur bij de VVD terug te zien. Het is een
worsteling tussen twee visies waardoor het telkens - ook voor andere politieke
partijen - afwachten is waar de loyaliteit van de VVD ligt: doen ze het wel of
doen ze het niet.
Een nieuw verhaal is gewenst
Midden 2024 scoort de partij in
de polls een schamele 17 zetels. Het vertrouwen in de partij is laag na het
vertrek van Mark Rutte. Hij was een man zonder visie. Ook de VVD is zoekende.
De meute wil naar rechts en de VVD doet mee. Maar daar hoort een nieuw liberaal
bij. Hoe ziet dat eruit zonder dat men de partij van opportunisme kan
beschuldigen? Niet kakelen, eieren leggen, zei Hans Wiegel. Daar is het de
hoogste tijd voor.
Ik ben de beste premier die Nederland
nooit gehad heeft.
Hans Wiegel
Frits Bosch, econoom en socioloog, auteur van ‘De Wereld volgens Ayn Rand'