Tweede Kamer keert zich tegen EU-verbod op benzine- en dieselauto’s - Brussel woedend

De motie, ingediend door BBB-leider Caroline van der Plas, roept het kabinet op in Brussel te pleiten voor “een realistische mix van elektrisch, hybride en zuinige verbrandingsmotoren”. En dat is precies wat Nederland nodig heeft: realisme in plaats van hysterische klimaatagenda’s die gezinnen en ondernemers de kop kosten. Natuurlijk zou het nog veel verder moeten gaan met afschaffing van de klimaatgekke maatregelen, maar goed, dit is wel een realistisch begin.

De stemming liep scherp langs de bekende politieke scheidslijnen. Rechtse partijen als PVV, VVD, BBB, FVD, SGP en zelfs de opportunisten van JA21 steunden de motie. De VVD gaf uiteindelijk de doorslag, waardoor het voorstel met 76 stemmen vóór en 74 tegen nét werd aangenomen.

Tegenstanders? De gebruikelijke klimaatkerk: GroenLinks-PvdA, D66, NSC, SP, ChristenUnie, DENK, Partij voor de Dieren en Volt. Zij blijven heilig geloven in de elektrische droom, ongeacht wat dat betekent voor de werkgelegenheid, de portemonnee van burgers en de toekomst van onze industrie.

Van der Plas waarschuwde terecht dat het Brusselse verbod “onbetaalbaar is voor gezinnen en ondernemers en niet aansluit bij de praktijk.” Want dat is het: ideologie die haaks staat op de werkelijkheid. Een elektrische auto is voor de meeste Nederlanders nog steeds onbetaalbaar. En de oplaadinfrastructuur? Volstrekt onvoldoende. Ondertussen worden burgers gedwongen om hun betrouwbare benzineauto’s de deur uit te doen - terwijl landen als China en India lachend doorgaan met goedkope productie op kolenstroom.

De Europese Unie snijdt zichzelf hiermee diep in de vingers. Onze auto-industrie, ooit een bron van trots, wordt de nek omgedraaid. Toeleveranciers verliezen werk, technologische kennis verdwijnt, en de consument betaalt de rekening.

De Kamer heeft met deze stemming een krachtig signaal afgegeven: Nederland laat zich niet langer ringeloren door klimaatfanatici in Brussel. De Europese Commissie, onder leiding van Ursula von der Leyen, wil koste wat kost het leven van miljoenen burgers reguleren in naam van de “Green Deal”. Maar burgers voelen het dagelijks: energie onbetaalbaar, mobiliteit duurder, bedrijven vertrekken. En nu zegt de Kamer eindelijk: genoeg is genoeg.

Dit is meer dan een symbolische motie. Het dwingt het kabinet om opnieuw bezwaar te maken tegen het Brusselse besluit. En dat zet de deur open voor andere landen die zich beginnen te verzetten tegen de dwangpolitiek van de Europese Unie.

Het is pijnlijk zichtbaar: Brussel praat over “klimaatneutraliteit”, terwijl gewone Europeanen zich afvragen hoe ze hun auto nog moeten betalen. De politieke elite leeft in een wereld van subsidies, vergaderingen en emissiecijfers. De gewone Nederlander leeft in de realiteit van stijgende kosten, files, en een overheid die steeds meer bepaalt wat wel en niet mag.

Deze motie van Van der Plas is daarom meer dan een politieke formaliteit. Het is een ruk aan de noodrem. Een poging om de waanzin te stoppen voordat het te laat is.

Dat het gezond verstand ditmaal won, is hoopgevend. Maar het gevecht is nog lang niet voorbij. De Brusselse bureaucraten geven hun macht niet zomaar op. Toch is het belangrijk dat Nederland, dankzij partijen als BBB, PVV en FVD, eindelijk weer durft op te komen voor vrijheid, betaalbaarheid en realisme. De burger wil rijden - niet gedwongen worden tot een elektrische slavernij.