Rechters horen geen wetgevers te zijn

Geen categorieokt 27 2011, 15:14
Houd de trias in balans.
Snijden in regelgeving. Vele kabinetten beloven het, weinig doen het. We zien inmiddels door de regelgeving het bos niet meer. Je kunt veel zeggen over Nederland, maar aangeharkt is het.
Al die regelgeving zorgt er ook voor dat er steeds meer conflicten ontstaan, waarvoor uiteindelijk dan weer naar de rechter wordt gestapt. Omdat regels altijd in algemene termen zijn vervat, is het aan de rechter om ze op het concrete geval toe te passen. Mag ik bijvoorbeeld in een ruimte waar een bordje 'verboden voor honden' hangt wel gewoon mijn kat meenemen?
Rechters laten zich echter ook - of juist - over veel grotere vragen uit. Zij hebben erg veel macht. Soms lijken hun uitspraken zelfs te verworden tot een soort van pseudo-wetgeving. In een opiniestuk laat Patrick van Schie, directeur van VVD-denktank de Teldersstichting, zich daar kritisch over uit. Hij schrijft:

Parlementen dienen te toetsen of de rechterlijke interpretaties juist zijn en op voldoende democratisch draagvlak kunnen rekenen. Waar dit uitblijft, wordt de democratische speelruimte door deze juridisering steeds verder ingesnoerd. Uiteindelijk dreigt de democratie dan te verstikken door de uitdijende macht van rechters.

Ondertussen deelt Van Schie - behorende tot het rechtse geweten van de VVD - nog even een sneer uit aan links uit, dat door hun omgang met rechterlijke vonnissen in zijn ogen haar ideaal van democratisering heeft verkwanseld:

Ooit stelde links dat democratisering niet ver genoeg kon gaan. Blijkbaar zijn de tijden veranderd: tegenwoordig juicht links harder naarmate de juridisering verder voortschrijdt. Niet alleen wordt aldus op de koop toe genomen dat de democratie wordt teruggedrongen, veelal ziet links in juridisering zelfs een gewenst middel ter beteugeling van ‘het populisme’, zoals de linkerzijde de haar onwelgevallige opvattingen van kiezers graag diskwalificeert.

In wezen komt Van Schie's analyse erop neer dat de balans binnen de trias politica  weg is. Er ligt teveel macht bij de rechters, iets wat volgens hem het gevolg is van teveel respect vanuit politici in de richting van de rechterlijke macht. Hen is immers altijd bijgebracht dat zij zich moeten onthouden van enige kritiek op de rechterlijke macht. Dat is overigens niet heel vreemd. Het is altijd een mate van respect bijgebracht die al terug te vinden is bij de Founding Fathers van de VS, die de rechterlijke macht als de 'least dangerous branch' zagen.
Wat echter niet uit dat terechte respect moet voortvloeien, is de idee dat rechterlijke uitspraken een soort van in beton gegoten wetten zijn. Nee. Rechterlijke uitspraken zijn rechterlijke uitspraken, geen wetgeving. Dat moet de rechterlijke macht ook niet willen, want daarmee zou zij zelf de trias uit balans brengen. Als er bepaalde rechterlijke uitspraken zijn die indruisen tegen de bedoeling van bepaalde wetgeving is dat een indicatie dat die wetgeving juridisch-technisch niet juist in elkaar zit, maar niet dat een bepaald doel middels wetgeving niet tot stand zou kunnen komen. Het is aan de wetgever om de wet dan zo in te richten dat dat doel dan alsnog tot stand kan komen.
De politieke toets vindt per slot van rekening plaats in het parlement, de juridische toets in de rechtszaal.
Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten