Moeten de Koerden een eigen staat krijgen?

Geen categorieaug 17 2014, 20:30
Met de opmars van de jihadisten van ISIS (of IS) en de dreigende massamoord op de Yezidi's lijkt het Westen de Irakese Koerden defintief in het hart te hebben gesloten. Dat was eigenlijk al zo sinds Saddam Hoessein na de Golfoorlog in maart 1991 de Koerden over de bergen joeg en er door de Amerikanen en Britten in Noord-Irak in allerijl een 'safe haven' werd ingesteld. Tijd voor een Koerdische staat?
De vraag dringt zich op en eind juni heeft de Israëlische premier Netanyahu al zijn steun uitgesproken voor een onafhankelijke Koerdische staat in Noord-Irak. Een opmerkelijke uitspraak, want Israël heeft zelf met de Palestijnen (die ook geen eigen staat hebben) al problemen genoeg en hield zich in het verleden altijd verre van de Koerdische kwestie. Mede om Turkije, in de jaren negentig een strategische bondgenoot, niet voor het hoofd te stoten. Voor de Turken was PKK-leider Abdullah Öcalan vijftien jaar lang staatsvijand nummer één, tot hij in februari 1999 gevangen werd genomen. Sindsdien verblijft hij op het eilandje Imrali in de Zee van Marmara. Daarvoor hield Öcalan zich schuil in Libanon (in de buurt van het terroristenbolwerk Baalbek) en Damascus, waar hij steun genoot van het Assad-bewind in Syrië. Maar dat was toen. De verhoudingen liggen tegenwoordig anders. Aan het strategisch bondgenootschap tussen Turkije en Israël kwam in 2010 met het sturen van een 'vredesvloot' naar Gaza een einde, en met de Arabische Lente kwam er ook een einde aan de toenadering tussen Ankara en Damascus. De regering-Erdogan is nu anti-Assad en de Turken hebben zelfs meer dan hand en spandiensten geleverd aan het Syrische verzet en de jihadisten van ISIS (of IS). Of NAVO-partner Turkije na de jongste verkiezingswinst voor de islamitische Draufgänger Recep Tayyip Erdogan nog een betrouwbare strategische bondgenoot voor het Westen is, mag betwijfeld worden.
Dat maakt de Koerdische kwestie, die altijd al explosief was, nog explosiever. Voorheen waren Turkije, Syrië, Irak en Iran het over één ding eens: er komt geen eigen staat voor de in totaal ongeveer vijfentwintig tot dertig miljoen Koerden. Met de implosie van Syrië en nu ook Irak ligt er tussen de Eufraat en de Tigris een enorm machtsvacuüm, waarop allerlei partijen een begerig oog hebben. Niet alleen ISIS of de Koerden. Vlak ook Turkije, dat toch al 'neo-Ottomaanse' ambities heeft, niet uit. Eigenlijk staat de hele opdeling van het vroegere Ottomaanse Rijk die in 1916 in hoofdlijnen door de koloniale Britten en Fransen met het Sykes-Picotverdrag is getekend op losse schroeven. De regio, die de Amerikaanse neocons in 2003 met de regime change in Bagdad in democratische richting hoopten op te schudden, dreigt nu in een put te veranderen waarvan niemand weet wat er nog meer aan monsters uit te voorschijn komen. Na alle geopolitieke aardverschuivingen van de laatste vijfendertig jaar mag Washington (dat in 1979 de bevriende sjah in Teheran zag vallen) blij zijn dat het onder de Irakese Koerden (die elkaar onder de clanleiders Jalal Talabani en Massoud Barzani voorheen ook onderling bestreden) nog vrienden over heeft. De verleiding is groot om ze nu dan ook een eigen staat in het vooruitzicht te stellen, zoals de Britten dat in 1917 ook hebben gedaan met de Balfour-verklaring, toen de Joden midden in de Eerste Wereldoorlog een eigen tehuis werd beloofd.
Bijna honderd jaar later is de stichting van de staat Israël waarschijnlijk het enige succes waarop het Westen kan terugkijken. Maar het proces van Palestijnse staatsvorming, als we daar al van kunnen spreken, is een mislukt experiment gebleken. De gehoopte tweestatenoplossing is verder weg dan ooit, de Palestijnen zullen nog lang onder curatele blijven staan (zie mijn stuk in de Volkskrant). Lange tijd bevond ook de in 1923 gestichte moderne Turkse Republiek van Kemal Atatürk zich aan de westerse kant van de streep. Turkije stond met de rug naar het Midden-Oosten en wilde graag bij Europa horen. Maar er was altijd ook argwaan tegenover de westerse mogendheden vanwege het zogeheten Sèvres-complex. Na de Eerste Wereldoorlog hebben de geallieerden, die ook niet goed wisten wat ze met de restanten van het Ottomaanse Rijk aan moesten, nog even met het idee gespeeld om Anatolië op te delen. Daarbij werd ook gedacht aan een onafhankelijke Armeense en Koerdische staat, een idee dat moeilijk te verwezenlijken was omdat beide volken claims hadden op hetzelfde grondgebied. De overwinning van Kemal Atatürk in de Turkse onafhankelijkheidsoorlog zorgde ervoor dat deze ideeën uit het zicht verdwenen. Maar de Turken verdachten het Westen er altijd van hun land stiekem te willen opdelen. Vandaar alle Turkse gevoeligheid met betrekking tot de Armeense genocide (die in het huidige crisisgebied heeft plaatsgevonden en de aanzet vormde voor de grote christenvervolgingen die tot op de dag van vandaag voortduren). Ook de mensenrechtenkritiek inzake de onderdrukking van de Koerden (voor Ankara was de PKK een terroristische organisatie) werd met achterdocht bekeken.
Mij lijkt het dan ook niet zo'n goed idee als het Westen zich onder de huidige crisisomstandigheden sterk zou gaan maken voor een Koerdische staat in Noord-Irak. Dat opent een doos van Pandora die nooit meer dicht te krijgen is. Jazeker, de Koerden verdienen steun voor hun eigen autonome regio in Irak, het enige lichtpuntje van de laatste twintig jaar. Dat die autonomie een succes is geworden, danken de Koerden mede aan Turkije, waarmee levendig handel kon worden gedreven en dat in stilte met alle smokkel ook meehielp met het ondermijnen van het sanctieregime tegen Saddam Hoessein (wat indirect ook de economie van Noord-Irak verder hielp, maar voor de Amerikanen en de Britten uiteindelijk onaanvaardbaar was). Een eigen Koerdische staat is mijns inziens alleen levensvatbaar als Ankara daar het groene licht voor geeft. Niet alleen woont het grootste deel van de Koerden in Turkije, waardoor de Turken een Koerdische staat altijd als een bedreiging voor hun soevereiniteit zullen zien, maar daarvan leven de meesten weer in grote West-Turkse steden als Istanbul en Izmir. Zij hebben niks aan zo'n Koerdische staat en lopen dan het risico als 'buitenlandse verraders' te worden gezien. Het lijkt me voor de Irakese Koerden ook gevaarlijk om alle controle in Bagdad te verliezen. Nu al zitten zij om bondgenoten verlegen in de strijd tegen de Arabieren, en met steden als Mosul en Kirkuk liggen er nieuwe twistpunten met de buren in het verschiet. Op eigen kracht zullen zij het hoofd niet boven water kunnen houden, en dan zijn zij op buitenlandse (militaire) steun aangewezen die het Westen liever niet biedt. Althans niet officieel.
Laten we de staatsgrenzen van Sykes en Picot dus niet te vroeg dood verklaren. Zij hebben al langer standgehouden dan iedereen dacht. Hoe onzalig ze ook mogen zijn, elk alternatief is erger. Daar komt bij dat 'Arabische staatsvorming' in de praktijk rampzalig is geweest. Misschien is 'autonomie' in een vaag omschreven en uit de nood geboren regio in dit deel van de wereld wel beter. Zoiets als het Koerdische Noord-Irak. Het zou al heel mooi zijn als deze prowesterse enclave van voorspoed en geluk en vooruitgang in leven bleef.
Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten