cliteur 2 oktober 2 800x496

Paul Cliteur (FVD): 'Politiecommissarissen die oproepen tot moord op mensen als Fortuyn ontregelen de staat volledig!'

Geen categoriejan 20 2020, 15:00
Paul Cliteur - senator voor Forum voor Democratie - heeft met zorg en ongerustheid gekeken naar tv-uitzendingen van afgelopen weken. Bij WNL op Zondag mocht een politiecommissaris aanschuiven die ooit heeft verkondigd dat we Geert Wilders moeten mollen, en bij Jinek zat komiek Herman Koch die Thierry Baudet een 'wandeling langs de snelweg' toewenste. "Als dan politiecommissarissen begrip hebben voor de moordenaar of zelfs oproepen tot het vermoorden van mensen die soortgelijke opvattingen ventileren als Fortuyn en Van Gogh, dan ontregelt dat de staat volledig," aldus Cliteur.
Bart Reijmerink schrijft bij DDS op 18 januari over een aangekondigd televisieoptreden van de voormalige Amsterdamse politiecommissaris Joop van Riessen. Van Riessen zou aanschuiven bij het programma van WNL op zondag op 19 januari 2020 (NPO 1, 10.00-11.00). Reijmerink introduceert Van Riessen als de man die wat “pikante opmerkingen” had gemaakt over de PVV. Hij citeert ook een tweet van Geert Wilders die kritiseert dat “De man die me al in 2007 wilde “mollen” en alle PVV’ers het land wil uitzetten wordt doodleuk door WNL Op Zondag van Bert Huisjes uitgenodigd om over criminaliteit te babbelen.” Bij het artikel van Reijmerink is ook het fragment gevoegd uit een uitzending van Pauw in 2007, waarin Van Riessen over Wilders zegt: “In wezen zou je de neiging hebben om te zeggen ‘we mollen ‘m’. Hij moet gewoon vandaag weg en hij mag niet meer boven tafel komen.” Sprekend over de PVV-stemmers zegt Van Riessen dat het gaat om duizenden mensen die niet passen in een nieuwe samenleving die we aan het maken zijn en die hier niet thuis horen.
Het is een interessant punt dat Reijmerink aan de orde stelt. Ik ontmoet in Den Haag nooit mensen die zich hier ernstige zorgen over maken. Aan de universiteiten ook niet. Toch weten we dat het voorkomt. In NPO-programma’s schuiven keurige mensen aan praattafels aan die Baudet een wandeling langs de snelweg toewensen (Herman Koch) en talkshowhosts (in dit geval Jinek) gedragen zich apathisch of vinden het een beetje risqué maar toch ook wel erg leuk (Jinek). De overige tafelgasten kijken op zijn best geschrokken toe, maar zitten vaak wat zenuwachtig te giechelen.
Nu geef ik toe, ik zeg niet dat ik het zelf als tafelgast beter zou doen, want in feite kan je geen kant uit. Je wilt niet live opstaan en zeggen: dit is smakeloos. De meeste mensen zijn ook niet ad rem genoeg om zich er direct met de juiste bewoordingen van te distantiëren. Bovendien: praatprogramma’s zijn gericht op gezelligheid. Maar het hele kleine beetje dat je misschien kan doen, is toch nog eens uitleggen waarom het publiekelijk fantaseren over een aanstaande dood van een politieke tegenstander niet een goed idee is. Dat ga ik nu doen.
Eerst iets dat helemaal onderbelicht is gebleven. Joop van Riessen is voormalig politiecommissaris. Hij is om te beginnen ambtenaar en ambtenaren zouden zich zeer terughoudend moeten opstellen in het doen van politieke uitspraken. Hij zou dus ook geen commentaren moeten geven op het verkiezingsprogramma van een politieke partij; niet op het programma van de PVV, maar ook niet op het programma van de PvdA.
Het tweede punt is ernstiger. Joop van Riessen gaat (of ging) over het handhaven van de openbare orde en de rechtshandhaving. Een van de meest ernstige en ondermijnende dingen voor een staat is eigenrichting. Als Volkert van der Graaf in 2002 dus besluit Pim Fortuyn te vermoorden (effectief mollen) omdat hij het oneens is met de politieke uitspraken van Fortuyn (Fortuyn moest worden “gestopt”) dan is dat een van de meest ondermijnende dingen die in een staat kunnen gebeuren. Als Mohammed Bouyeri in 2004 besluit Theo van Gogh te vermoorden (ook effectief mollen) dan heeft dat een enorme invloed niet alleen op de vermoorde persoon en zijn naasten, maar een gigantisch effect op de vrijheid van expressie. Met die effecten hebben we tot op de dag van vandaag te maken.
Als dan politiecommissarissen begrip hebben voor de moordenaar of zelfs oproepen tot het vermoorden van mensen die soortgelijke opvattingen ventileren als Fortuyn en Van Gogh, dan ontregelt dat de staat volledig.
Wat te doen? Ik geef toe, dat is nog niet zo eenvoudig. Maar misschien dit als suggestie: WNL zou een verklaring kunnen afgeven waarom ondanks het feit dat Van Riessen zeer ongelukkige dingen gezegd heeft in 2007 hij nu, 13 jaar later, toch weer een comeback moet kunnen maken. Of dit: Van Riessen zelf zou kunnen aangeven waarom hij nu een heel andere persoon, met heel andere opvattingen, is dan in 2007.
Zo zijn misschien meer dingen te bedenken zijn, betere ook dan ik nu voorstel, maar als helemaal niets van dien aard gebeurt, dan blijf ik Van Riessen een misfit vinden in een praatprogramma over misdaadcijfers.
Hij begon gisteren, op 19 januari, zijn optreden met iets te zeggen over Auschwitz en welke indruk dat op hem had gemaakt. Hij was daar, en wat hij daar voelde was haast niet te beschrijven.
Laten we toch eens proberen te beschrijven wat daar door je heen zou kunnen gaan als voormalig politiecommissaris. Een van de meest gruwelijke dingen van het Derde Rijk was dat daar de overheid, ook de politie, bruut geweld gebruikte tegen politieke tegenstanders. Dat lijkt mij de les die we voortdurend voor ogen moeten houden in het jaar dat we 75 jaar bevrijding gaan vieren. Dat de overheid nooit, maar dan ook nooit illegaal geweld mag gebruiken tegen zijn burgers. En ook nooit dat geweld mag gedogen.
Prof. dr. Paul Cliteur is Eerste Kamerlid voor Forum voor Democratie en hoogleraar Encyclopedie van de Rechtswetenschap aan de Universiteit Leiden.
Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten