Stichting de Roze Leeuw: Homohaters trekken zich niets aan van regenboogsymboliek, harde aanpak politie en gemeente keihard nodig!

Lennard van Mil, voorzitter van stichting de Roze Leeuw laat tijdens een inspreek moment in de gemeenteraad van Breda zijn visie los op de discussie hoe we in Nederland om moeten gaan met het bestrijden van homogeweld. van Mil erkent dat Nederland een van de vrije landen is voor seksuele minderheden maar de realiteit is volgens van Mil toch echt anders. “Mensen worden omwille van hun seksuele geaardheid, of geslacht, lastiggevallen, nageroepen, bespuugd, geïntimideerd of ronduit in elkaar geslagen. Onacceptabel wat ons betreft! Want wat heb je aan die vrijheid op papier, als je vervolgens door medeburgers alsnog wordt weggepest? En waar komt dit geweld voornamelijk vandaan?”

Stichting de Roze Leeuw vraagt zich volgens van Mil dan ook af waarom er niet “gedegen onderzoek wordt gedaan naar de aard van het geweld en dan met name de afkomst van de daders. Niet omdat wij een hekel hebben aan mensen met een migratieachtergrond, of omdat wij ontkennen dat ook autochtone Nederlanders zich hier schuldig aan maken. Maar omdat de verhoudingen scheef zijn. En alleen door te meten kunnen we weten en kan er beleid op toegepast worden.”

Veel linkse partijen komen daarmee vanwege ideologische standpunten in een spagaat, zo willen ze opkomen voor álle minderheden maar nu blijkt dat er minderheden met elkaar in conflict. “Natuurlijk is dat pijnlijk” Aldus van Mil. De oplossing ligt niet bij voorlichting op scholen of het plaatsen van regenboogbankjes en andere regenboogsymboliek. “Symbolen waar de daders van geweld zich niks van aantrekken”. Volgens van Mil is een harde aanpak van gemeente en politie nodig.

De Lijst Pim Fortuyn Breda heeft als enige lokale partij positief gereageerd op de aanwezigheid van de Roze Leeuw. In een reactie aan de Dagelijkse Standaard laat de Bredase afdeling weten dat de aanwezigheid van van Mil een verademing is in de discussie rondom homogeweld.