Max Verstappen blijft bij Red Bull, het leukste team – maar 2026 wordt een drama

Maar onder die feestelijke oppervlakte ligt een diepe, technische zorg: de motor voor 2026. Want Red Bull gaat iets doen wat het nog nooit eerder zelf heeft gedaan. Geen Honda meer. Geen Renault. Geen Ferrari, geen Mercedes. Nee – Red Bull Powertrains gaat volledig zélf een motor ontwikkelen. En dat, beste mensen, is een recept voor problemen. Grote problemen.

Max Verstappen blijft in 2026 bij Red Bull rijden, omdat hij z’n ontsnappingsclausule dit jaar niet kan gebruiken. Dat is logisch – zijn resultaten zijn goed genoeg om die clausule buiten spel te zetten. En eerlijk is eerlijk: hij wil ook niet weg. Verstappen is loyaal, voelt zich thuis bij Red Bull, en heeft vertrouwen in het team.

Maar iedereen in de paddock weet het: Red Bull Powertrains is een gigantisch risico. Een eigen motor bouwen voor een compleet nieuw reglement in 2026, met hybride-eisen, synthetische brandstoffen en torenhoge verwachtingen – dat is geen projectje. Dat is een technisch mijnenveld.

Mercedes is al jarenlang meester in power units. Ferrari heeft ervaring en fabrieksschaal. Honda is een technologiebeest. En Red Bull? Red Bull bouwt voor het eerst zélf een motor. In een tijd waarin je geen fout kunt permitteren.

Laten we het niet vergeten: Honda kon in 2026 Red Bull gewoon blijven voorzien van motoren. De relatie was goed, het succes was evident, en de techniek werkte. Maar Honda koos ervoor om z’n eigen pad te volgen. Red Bull moest dus zelf iets verzinnen. En daar kwam Red Bull Powertrains: een ambitieus, maar extreem kwetsbaar project.

Want een motor bouwen is geen Red Bull-campagne op een snowboardberg. Dit is geen marketingstunt. Dit is millimeterwerk. Testbanken. Koeling. Hybride integratie. Betrouwbaarheid. En het grootste probleem: de concurrentie doet dit al tientallen jaren.

Niemand – echt niemand – gelooft dat Red Bull in z’n eerste poging meteen een wereldmotor uit de fabriek tovert die Mercedes, Ferrari en Honda aftroeft. Dat is wishful thinking. En Verstappen weet dat ook.

Dat Max blijft, is een zegen voor Red Bull. Zeker nu het team ook nog een nieuwe teambaas heeft en intern moet herbouwen na het vertrek van Christian Horner. Zonder Verstappen zou het kaartenhuis kunnen instorten. Maar dit betekent ook: de druk om in 2026 te leveren wordt ongekend hoog.

Wat als die Red Bull-motor straks structureel 30 pk tekortkomt? Wat als betrouwbaarheid een ramp wordt? Wat als McLaren, Ferrari en Mercedes Verstappen elke race het nakijken geven? De frustratie zal groot zijn. En dan weet Max wat hij moet doen: zijn opties voor 2027 gebruiken.

Dat kan ook – hij is gewild. Toto Wolff houdt de lijn open. Andere teams staan in de rij. Maar voor nu blijft hij loyaal.

Red Bull is altijd het team geweest dat risico durfde te nemen. Dat lef siert ze. Maar nu wordt het pas écht spannend. Want nu nemen ze niet alleen risico – ze nemen verantwoordelijkheid voor iets dat allesbepalend is: vermogen.

Laten we hopen dat hun motorproject niet eindigt zoals andere “eigen motor”-avonturen in de geschiedenis van F1: vol goede bedoelingen, maar technisch onvolwassen.

En laten we bidden dat de leukste renstal van het veld niet ten onder gaat aan z’n eigen overmoed. Want Red Bull zonder competitieve motor is als een vleugellamme stier – nog wel indrukwekkend, maar kansloos in de arena.