De afspraak om jaarlijks honderd miljard dollar te betalen, vanaf 2020, werd al bijna 10 jaar geleden gemaakt op de klimaattop in Kopenhagen. Met het geld moeten landen worden geholpen om hun uitstoot naar beneden te brengen èn om de gevolgen van extreem weer op te vangen. "Maar nog altijd is niet afgesproken hoe de honderd miljard dollar verdeeld moet worden", zegt Bertram Zagema van Oxfam Novib.
"Tegelijk is het wel een heel belangrijk onderdeel van het Klimaatakkoord van Parijs. Ook arme landen moeten veel geld uitgeven om te switchen naar duurzame energiebronnen. Toen het Klimaatakkoord van Parijs werd gesloten, in 2015, was er grote overeenstemming over dat landen die verantwoordelijk zijn voor het klimaatprobleem, arme landen financieel moeten gaan helpen."
"Het probleem is nu dat de landen die dit geld het hardst nodig hebben, het minst in staat zijn om druk uit te oefenen." Dat komt omdat het hierbij om veelal de armste landen van de wereld gaat. Bijvoorbeeld kleine eilandstaten, die last hebben van tyfoons en de stijgende zeespiegel. Orkanen worden steeds krachtiger, en het vermoeden bestaat dat dat komt door klimaatverandering", zegt Zagema.
Loading