De zoveelste symboolpolitieke maatregel van GroenLinks-PvdA bevestigt opnieuw dat de partij liever leuzen produceert dan oplossingen biedt. Habtamu de Hoop stelde onlangs dat het “niet uit te leggen” is dat tienduizenden woningen leegstaan, en juichte de leegstandsheffing toe alsof hiermee het woningtekort zou worden opgelost. Maar dit is een voorbeeld van intellectuele gemakzucht: het probleem wordt verkeerd geformuleerd en dus ook verkeerd aangepakt. Leegstand is geen massaal probleem
Ten eerste is de suggestie dat er “tienduizenden woningen leegstaan” feitelijk onjuist en misleidend. Het CBS registreert leegstand, maar die cijfers zijn genuanceerd: vaak gaat het om woningen in transitie, bijvoorbeeld tijdens verbouwingen, bij verhuizingen, of panden die wachten op herontwikkeling. Dat zijn dus geen permanent onttrokken woningen. De realiteit is dat het aantal structureel leegstaande woningen relatief klein is.
Een heffing lost niets op
De leegstandsheffing is een typisch voorbeeld van wat men in Den Haag graag “een signaal” noemt. Het klinkt stoer: we pakken profiteurs aan! Maar het resultaat is nihil. Gemeenten krijgen bureaucratisch extra werk, maar geen extra woningen. De woningen die tijdelijk leegstaan, zullen echt niet sneller beschikbaar komen omdat er een boete boven de markt hangt. Sterker nog: een heffing kan investeringen in herontwikkeling juist ontmoedigen.
Symptoombestrijding in plaats van oplossingen
Het grote probleem van de woningmarkt is structureel: er wordt te weinig gebouwd, procedures duren te lang, stikstofregels en bezwaarprocedures vertragen alles, en investeerders worden ontmoedigd door steeds strengere regels en hogere belastingen. Het aanpakken van leegstand is hooguit een cosmetisch gebaar, dat niets verandert aan de kern: een tekort van honderden duizenden woningen.
Symboolpolitiek als handelsmerk Dit is niet de eerste keer dat GroenLinks-PvdA met symboolpolitiek komt. Denk aan het “verbod” op fossiele reclames of het zoveelste plan om vermogende huiseigenaren of verhuurders extra te belasten. In alle gevallen hetzelfde patroon: het levert applaus op in de achterban, maar het draagt nul komma nul bij aan oplossingen.
Sloganfabriek
Wat rest, is een lege huls van slogans en heffingen. Een partij die zich “progressief” noemt, maar enkel bezig is met het afstraffen van groepen in plaats van het creëren van perspectief. Het is schrijnend dat dit soort denkarmoede de boventoon voert in het debat over één van de grootste maatschappelijke problemen: het woningtekort.
Wie écht iets wil doen aan de wooncrisis, moet zich richten op het versnellen van bouwprojecten, het versoepelen van regels en het aantrekkelijker maken van investeren in woningbouw. Maar daar hoor je GroenLinks-PvdA niet over. Liever blijven ze hangen in symboolpolitiek en slogans.
Wat bij deze partij in de weg staat, is dat GL-PvdA geen praktische oplossing biedt, maar louter ideologische.