Het World Economic Forum (WEF), ooit een schijnbaar onschuldige Zwitserse denktank, is uitgegroeid tot een wereldwijd netwerk van technocraten, miljardairs en ongekozen beleidsmakers die zich achter gesloten deuren buigen over de toekomst van de mensheid. Onder het mom van “publiek-private samenwerking” schuift het WEF zich op als een morele autoriteit, terwijl het in werkelijkheid fungeert als een lobbyplatform voor een kleine elite die invloed uitoefent zonder democratisch mandaat. Van Davos tot de Straat: Wie bestuurt wie?
Elk jaar verzamelen staatshoofden, CEO’s, bankiers, academici en mediafiguren zich in Davos om te spreken over ‘klimaatverandering’, ‘inclusieve groei’ en ‘duurzaamheid’. Maar wie controleert deze bijeenkomsten? Welke burger heeft invloed op wat daar wordt besproken of besloten? Niets van dit alles wordt democratisch gelegitimeerd. Terwijl nationale parlementen debatteren over kleinigheden, worden in Zwitserland de grote lijnen uitgezet – door mensen die geen publieke verantwoordelijkheid dragen, maar wel alle toegang hebben tot macht.
“You will own nothing and be happy” – Voor wie is dat bedoeld?
De bekende slogan van het WEF – “You will own nothing and be happy” – symboliseert een wereldbeeld waarin eigendom, privacy en individuele vrijheid worden ondergeschikt gemaakt aan centrale planning en digitale controle. Terwijl Klaus Schwab en zijn volgelingen pleiten voor een ‘Great Reset’, zien we in werkelijkheid een agenda van centralisatie, surveillance, en het uitschakelen van democratische checks and balances. Wie bepaalt de waarden waarop deze ‘reset’ gebaseerd is? En wat als burgers die waarden helemaal niet delen?
Van Trudeau tot Kaag: De Lange Arm van Davos
Het is opmerkelijk hoeveel politieke leiders, van Justin Trudeau tot Sigrid Kaag, actieve deelnemers zijn (geweest) aan WEF-programma’s. Deze netwerken creëren een parallelle diplomatie, waarin beleidslijnen via achterkamertjes tot stand komen. De neutraliteit van nationale beleidsvorming wordt daarmee ernstig ondermijnd. Ministeries en overheden nemen inmiddels klakkeloos taal en denkkaders over van het WEF – denk aan ‘build back better’, ‘stakeholder capitalism’ en ‘equity’ – zonder enig debat over de betekenis of wenselijkheid ervan.
Filantropie als dekmantel voor belangenpolitiek
Het WEF schermt met idealen van gelijkheid, gezondheid en duurzaamheid, maar wie zijn de sponsoren? Grote farmaceutische bedrijven, techgiganten en investeringsfondsen als BlackRock domineren de agenda. Achter elke “inclusieve” beleidsaanbeveling zit een verdienmodel, een patent, een dataplatform of een CO₂-certificaat. De façade van filantropie verbergt een wereld van belangenverstrengeling die de democratische besluitvorming vervangt door algoritmische sturing en publiek-private deals.
De Tijd voor Terugvordering
Als burgers niet langer de richting van hun samenleving mogen bepalen, zijn we op weg naar een postdemocratische technocratie. Het WEF en zijn invloedssfeer verdienen geen bewondering, maar scherpe controle, transparantie en begrenzing. Geen enkele NGO, denktank of internationale lobbyclub mag boven de soevereiniteit van een volk uitstijgen.
Het is tijd om de vraag te stellen: wie heeft ons deze wereldorde gevraagd?