Eva Jinek pareert kritiek in uitgebreid AD-interview: "Daar zit ik niet op te wachten!"

Becker kwam naar Nederland om zijn biografie te promoten. Hij schoof aan bij Jinek en later bij Vandaag Inside. Het verschil was groot. Bij Vandaag Inside werd gelachen en gerelativeerd. Bij Jinek ging het meteen over zijn buitenechtelijke dochter, een affaire die destijds wereldnieuws was.

Na afloop klaagde Becker bij Vandaag Inside dat hij zich bij Jinek voelde alsof hij in een rechtbank zat. Jinek is daar verontwaardigd over. “Becker komt met een biografie. ‘Openhartig’ staat er nota bene op de cover. In het boek praat hij over al zijn verkeerde keuzes, die hem zelfs tot in de bak hebben gebracht.”

Ze noemt het verhaal onvermijdelijk. “Dit verhaal met zijn dochter was bizar wereldnieuws. Het past in een script voor een Hollywoodfilm. En dan komt hij in mijn uitzending praten over zijn leven. Natúúrlijk vraag ik hoe het met zijn dochter is.”

Dat klopt. De vraag was journalistiek te verdedigen. Wat Jinek minder benoemt, is de toon en de setting waarin ze die vraag stelde. Becker reageerde inhoudelijk sterk en persoonlijk. “Hij had trouwens een geweldig antwoord. Hij had haar twee dagen geleden nog gesproken. Het was een fout die fantastisch is uitgepakt, zei hij. ‘Ik heb een prachtige dochter’.”

Juist dát roept de vraag op waar Beckers klacht precies vandaan komt. Niet uit de vraag zelf, maar uit de sfeer waarin die werd gesteld. Dat verschil lijkt Jinek niet te willen zien.

Jinek benadrukt dat er vooraf niets wordt dichtgetimmerd. “Mensen vragen van tevoren waar we het ongeveer over gaan hebben. Boris Becker wist dat het zou gaan over zijn tijd in de gevangenis. Over zijn leven.” En: “En de vragen leggen we vooraf ook nooit voor. Als gasten dat willen, mogen ze ergens anders gaan zitten.” Die houding klinkt stoer, maar ook gemakzuchtig. Het suggereert dat elke vorm van ongemak automatisch het probleem van de gast is. Reflectie op de eigen interviewstijl blijft uit.

Ook over haar interviews met Van Vroonhoven en Stoffer is Jinek onwrikbaar. “Maar we maken een opiniërend programma, geen NOS Journaal.” Over Van Vroonhoven zegt ze: “Dan vraag ik: zou u met NSC in een coalitie stappen met de PVV, met de kennis van nu, mevrouw Van Vroonhoven? Als dan het antwoord is ‘ja hoor’, dan val ik bij wijze van spreken van mijn stoel. Dat heeft de kijker thuis ook.” Bij Stoffer liep de irritatie verder op. “Chris Stoffer wist waarvoor hij kwam.” En: “Hij bleef steeds dezelfde zinsnede herhalen. Robotisch bijna. Daar zit ik niet op te wachten.”

Jinek zegt zelf: “Misschien onsympathiek of te hard, maar ik hoef niet altijd aardig gevonden te worden. Ik zit hier mijn werk te doen.” De kritiek gaat niet over scherpe vragen. Die horen erbij. De kritiek gaat over de manier waarop Jinek steeds vaker zelf onderdeel wordt van het verhaal. Haar toon, haar ergernis en haar morele positie sturen het gesprek.