Rob Jetten moet de eerste zijn die zijn mond houdt over ‘verdeeldheid’

Maar dan verschijnt daar Jetten, pontificaal, in het rood gekleed, meedeinend met de massa. En wat roept hij? “Geert, stop met onzinnige verdeeldheid zaaien!” Ja hoor. De man die zijn politieke carrière gebouwd heeft op het aanjagen van ‘transities’, ‘diversiteitsdoelen’ en ‘klimaatkloven’ – allemaal eufemismen voor radicale veranderingen die miljoenen Nederlanders niets dan stress en schade opleveren – klaagt nu over ‘verdeeldheid’.

Rob Jetten is de laatste die het woord ‘verdeeldheid’ in de mond mag nemen. Zijn partij is verantwoordelijk voor het structureel belasteren van boeren, het uitroken van gewone burgers met klimaatmaatregelen, het promoten van massamigratie en het demoniseren van iedereen die daar ook maar een vraagteken bij zet.

D66 is de partij die burgers als “wappies” wegzette tijdens corona, die referenda afschafte zodra ze niet bevielen, en die liever internationale verdragen volgt dan het Nederlandse volk. Dezelfde partij die het rechtsgevoel van de bevolking steevast ondermijnt door de belangen van buitenlanders en identiteitslobby’s bovenop de agenda te zetten.

En nu – ná al die jaren van morele chantage en arrogantie – durft Rob Jetten dus te beweren dat het Geert Wilders is die verdeeldheid zaait, omdat die iets zegt over Gaza? Echt waar?

Het is de omgekeerde wereld. Jetten staat zij aan zij met actiegroepen die de Israëlische vlag willen verbieden, pro-Hamasleuzen negeren, en keer op keer uitingen goedpraten die antisemitisme schuren of er gewoon vol in duiken.

Intussen zit het land met gigantische woningnood, exploderende energieprijzen, lerarentekorten, falende zorg en ondermijning van het vertrouwen in de rechtsstaat. En wat doet Jetten? Hij loopt vrolijk mee in een symbolische stoet tegen Israël – alsof dat dé prioriteit is voor Nederlanders.

Je moet wel héél diep in de Haagse bubbel zitten om dat geloofwaardig te vinden.